Language of document : ECLI:EU:T:2014:255





Beschikking van de president van het Gerecht van 6 mei 2014 – Frucona Košice/Commissie

(Zaak T‑103/14 R)

„Kort geding – Staatssteun – Alcoholhoudende en gedistilleerde dranken – Kwijtschelding van belastingschuld in het kader van een collectieve insolventieprocedure – Beschikking waarbij steun onverenigbaar met de interne markt wordt verklaard en terugvordering ervan wordt gelast – Verzoek tot opschorting van tenuitvoerlegging – Geen spoedeisendheid – Geen fumus boni juris”

1.                     Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorlopige maatregelen – Voorwaarden voor toekenning – Fumus boni juris – Spoedeisendheid – Ernstige en onherstelbare schade – Cumulatieve voorwaarden – Afweging van alle betrokken belangen – Volgorde van onderzoek en wijze van toetsing – Beoordelingsvrijheid van de rechter in kort geding (Art. 256, lid 1, VWEU, 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 16‑18, 23, 67)

2.                     Kort geding – Vormvereisten – Indiening van verzoeken – Summiere uiteenzetting van de aangevoerde middelen – Middelen rechtens niet uiteengezet in het verzoekschrift en in de memories – Algemene verwijzing naar andere stukken – Niet-ontvankelijkheid (Art. 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 44, lid 1, sub c, en 104, lid 3) (cf. punten 22, 46)

3.                     Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorlopige maatregelen – Voorwaarden voor toekenning – Spoedeisendheid – Ernstige en onherstelbare schade – Bewijslast – Financiële schade – Situatie waarin het voortbestaan van de verzoekende vennootschap in gevaar komt – Beoordeling op basis van de situatie van de groep waartoe de onderneming behoort (Art. 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 51‑54, 57, 64)

4.                     Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorlopige maatregelen – Voorwaarden voor toekenning – Spoedeisendheid – Besluit van de Commissie waarbij terugvordering van steun wordt gelast – Mogelijkheid om voor de nationale rechter op te komen tegen nationale uitvoeringsmaatregelen – Bevoegdheid van de Unierechter om met dergelijke rechtsmiddelen rekening te houden bij de beoordeling ten gronde van het verzoek in kort geding (Art. 263 VWEU, 267 VWEU, 278 VWEU en 279 VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 104, lid 2) (cf. punten 59, 60)

5.                     Kort geding – Opschorting van tenuitvoerlegging – Voorwaarden voor toekenning – Afweging van alle betrokken belangen – Besluit van de Commissie waarbij terugvordering van steun wordt gelast – Algemeen belang dat door de Commissie wordt verdediging en belang van de steunontvanger – Ontbreken van bijzondere omstandigheden – Voorrang van het algemeen belang (Art. 108, lid 2, VWEU en 278 VWEU; verordening nr. 659/1999 van de Raad, art. 7) (cf. punten 68, 69)

Voorwerp

Verzoek om opschorting van besluit C (2013) 6261 final van de Commissie van 16 oktober 2013 betreffende staatssteun SA.18211 (C 25/2005) (ex NN 21/2005) die is toegekend door de Slowaakse Republiek aan Frucona Košice a.s., voor zover de Slowaakse Republiek daarin wordt gelast de steun terug te vorderen

Dictum

1)

Het verzoek in kort geding wordt afgewezen.

2)

De beslissing omtrent de kosten wordt aangehouden.