Arrest van het Gerecht (Vijfde kamer) van 25 april 2013 –
Gbagbo/Raad
(Zaak T‑119/11)
„Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid – Beperkende maatregelen ten aanzien van bepaalde personen en entiteiten in verband met situatie in Ivoorkust – Bevriezing van tegoeden – Aanpassing van vorderingen – Motiveringsplicht – Kennelijke beoordelingsfout – Misbruik van bevoegdheid – Rechten van verdediging – Eigendomsrecht”
1. Gerechtelijke procedure – Handelingen waarbij bestreden handelingen in de loop van geding worden ingetrokken en vervangen – In de loop van geding ingediend verzoek tot aanpassing van vordering tot nietigverklaring – Toelaatbaarheid – Uitzondering op regel inzake termijnen voor instelling van beroep tot nietigverklaring (Art. 263, zesde alinea, VWEU) (cf. punten 40‑43)
2. Beroep tot nietigverklaring – Middelen – Schending van wezenlijke vormvoorschriften – Ontoereikende motivering – Ambtshalve onderzoek door rechter – Verplichting tot eerbiediging van beginsel van hoor en wederhoor (Art. 263, vierde alinea, VWEU en 296 VWEU) (cf. punten 48, 49)
3. Handelingen van de instellingen – Motivering – Verplichting – Omvang – Beperkende maatregelen tegen Ivoorkust – Bevriezing van tegoeden van bepaalde personen en entiteiten in verband met situatie in Ivoorkust – Geen verplichting tot vooraf horen van persoon ten aanzien van wie deze maatregel is genomen – Verplichting om in motivering specifieke en concrete elementen ter rechtvaardiging van deze maatregel aan te geven – Besluit genomen in aan belanghebbende gekende context zodat hij strekking van hem betreffende maatregel kan begrijpen – Toelaatbaarheid van beknopte motivering (Art. 296 VWEU; verordeningen nr. 25/2011 en nr. 330/2011 van de Raad; besluiten 2011/18 en 2011/221 van de Raad) (cf. punten 51‑57)
4. Europese Unie – Rechterlijk toezicht op rechtmatigheid van handelingen van instellingen – Beperkende maatregelen tegen Ivoorkust – Bevriezing van tegoeden van bepaalde personen en entiteiten in verband met situatie in Ivoorkust – Rechterlijke toetsing – Omvang – Toetsing beperkt voor algemene regels – Toetsing verruimd tot beoordeling van feiten en controle van bewijzen voor handelingen betreffende specifieke entiteiten (Art. 29 VEU; art. 215, lid 2, VWEU; verordening nr. 560/2005 van de Raad, art. 11 bis, leden 1 en 2; besluit 2010/656 van de Raad, art. 7, leden 1 en 2) (cf. punten 66‑68)
5. Beroep tot nietigverklaring – Middelen – Misbruik van bevoegdheid – Begrip (Art. 263, tweede alinea, VWEU) (cf. punt 78)
6. Beroep tot nietigverklaring – Middelen – Misbruik van bevoegdheid – Beperkende maatregelen tegen Ivoorkust – Bevriezing van tegoeden van bepaalde personen en entiteiten in verband met situatie in Ivoorkust – Geen misbruik van bevoegdheid (Art. 21 VEU; verordeningen nr. 25/2011 en nr. 330/2011 van de Raad; besluiten 2011/18 en 2011/221 van de Raad) (cf. punten 78‑85)
7. Europese Unie – Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid – Beperkende maatregelen tegen Ivoorkust – Bevriezing van tegoeden van bepaalde personen en entiteiten in verband met situatie in Ivoorkust – Verplichting om betrokken personen en entiteiten juridische garanties te bieden inzake te volgen procedure om kennis te nemen van elementen à charge en inzake toegang tot de Unierechter (Art. 215, lid 3, VWEU; verordening nr. 560/2005 van de Raad, art. 2 bis, 11 bis, leden 3, 4 en 6, en bijlage I A; besluit 2010/656 van de Raad, art. 7, leden 3 en 4, 8 en 10, lid 3) (cf. punten 87‑95)
8. Handelingen van de instellingen – Algemene verplichting, adressaten te informeren over rechtsmiddelen en termijnen – Geen (Art. 263, vierde alinea en zesde alinea, VWEU en 275, tweede alinea, VWEU; verordeningen nr. 25/2011 en nr. 330/2011 van de Raad; besluiten 2011/18 en 2011/221 van de Raad) (cf. punt 95)
9. Gerechtelijke procedure – Inleidend verzoekschrift – Vormvereisten – Duidelijke en nauwkeurige uiteenzetting van aangevoerde middelen – Grondrechten – Rechten van verdediging – Recht om te worden gehoord – Recht op doeltreffende voorziening in rechte – Schending van deze rechten – Geen (Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 41 en 47; Statuut van het Hof van Justitie, art. 21, eerste alinea; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 44, lid 1, sub c) (cf. punt 99)
10. Recht van de Europese Unie – Beginselen – Rechten van verdediging – Recht op doeltreffende voorziening in rechte – Draagwijdte – Beperkende maatregelen tegen Ivoorkust – Bevriezing van tegoeden van bepaalde personen en entiteiten in verband met situatie in Ivoorkust – Maatregelen zonder strafrechtelijk karakter (Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 41 en 47; verordeningen nr. 25/2011 en nr. 330/2011 van de Raad; besluiten 2011/18 en 2011/221 van de Raad) (cf. punten 100‑102)
11. Recht van de Europese Unie – Beginselen – Rechten van verdediging – Beperkende maatregelen tegen Ivoorkust – Bevriezing van tegoeden van bepaalde personen en entiteiten in verband met situatie in Ivoorkust – Verplichting tot mededeling van elementen à charge en recht om te worden gehoord voordat dergelijke maatregelen worden genomen – Geen – Rechten gewaarborgd door middel van rechterlijk toezicht door de Unierechter en via mogelijkheid om te worden gehoord nadat deze maatregelen zijn genomen (verordening nr. 560/2005 van de Raad, art. 11 bis, lid 3; besluit 2010/656 van de Raad, art. 7, lid 3) (cf. punten 103, 104)
12. Recht van de Europese Unie – Beginselen – Grondrechten – Eigendomsrecht – Beperkingen gerechtvaardigd door algemeen belang – Bevriezing van tegoeden – Toelaatbaarheid – Voorwaarden (Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 17; verordening nr. 560/2005 van de Raad; besluit 2010/656 van de Raad) (cf. punten 112‑119)
Voorwerp
| Aanvankelijk, een verzoek tot nietigverklaring van besluit 2011/18/GBVB van de Raad van 14 januari 2011 tot wijziging van besluit 2010/656/GBVB van de Raad tot verlenging van de beperkende maatregelen tegen Ivoorkust (PB L 11, blz. 36), alsook van verordening (EU) nr. 25/2011 van de Raad van 14 januari 2011 tot wijziging van verordening (EG) nr. 560/2005 tot instelling van beperkende maatregelen tegen bepaalde personen en entiteiten in verband met de situatie in Ivoorkust (PB L 11, blz. 1), voor zover deze handelingen verzoekster betreffen. |
Dictum
1) | | Het beroep wordt verworpen. |
2) | | Simone Gbagbo wordt verwezen in haar eigen kosten alsook in die van de Raad van de Europese Unie. |
3) | | De Republiek Ivoorkust en de Europese Commissie dragen elk hun eigen kosten. |