Hogere voorziening ingesteld op 29 januari 2024 door PNB Banka AS tegen het arrest van het Gerecht (Zevende kamer) van 15 november 2023 in zaak T-732/19, PNB Banka e.a. / GAR

(Zaak C-74/24 P)

Procestaal: Engels

Partijen

Rekwirant: PNB Banka AS (vertegenwoordiger: O. Behrends, Rechtsanwalt)

Andere partijen in de procedure: Gemeenschappelijke Afwikkelingsraad (GAR), Republiek Letland, Europese Centrale Bank, HG, HH, HI, HJ, HL, HM, HN, HO

Conclusies

Rekwirante verzoekt het Hof:

het bestreden arrest te vernietigen;

besluit SRB/EES/2019/131 van 15 augustus 2019 van de GAR om geen afwikkelingsregeling vast te stellen voor de kredietinstelling PNB Banka AS („bestreden besluit”);

voor zover het Hof van Justitie niet in staat is om ten gronde te beslissen, de zaak terug te verwijzen naar het Gerecht; en

GAR te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van de hogere voorziening voert rekwirante vier middelen aan.

Eerste middel: het Gerecht heeft de procedureregels geschonden door niet correct om te gaan met de onrechtmatige inmenging met de daadwerkelijke vertegenwoordiging van rekwirante.

Tweede middel: het Gerecht heeft geen toereikende motivering verschaft door niet te beschrijven hoe het bestreden besluit de rechtspositie van rekwirante wijzigt, waarvan het Gerecht heeft verondersteld dat die in tegenstrijd was met de positie van de GAR.

Derde middel: het Gerecht heeft diverse fouten gemaakt betreffende rekwirantes recht om te worden gehoord.

Vierde middel: het Gerecht heeft geen rekening gehouden met het ultra vires-karakter van het besluit van de GAR in de onderhavige zaak door niet te erkennen dat de GAR krachtens artikel 18 SRMR (verordening gemeenschappelijk afwikkelingsmechanisme) niet bevoegd is om een besluit met externe werking vast te stellen, in het bijzonder wanneer niet is voldaan aan de afwikkelingsvoorwaarden.

____________