Language of document :

Beroep ingesteld op 15 juli 2010 - Babcock Noell / Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie

(Zaak T-299/10)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Babcock Noell GmbH (Würzburg, Duitsland) (vertegenwoordigers: M. Werner en C. Ebrecht, Rechtsanwälte)

Verwerende partij: Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie

Conclusies

nietig verklaren de besluiten van verweerster van 1 juli 2010 in aanbestedingsprocedure F4E-20082009-OPE-053 (MS-MG) om de biedingen van verzoekster - vier onderscheiden offertes voor de kavels A, B, C en D - van de procedure uit te sluiten;

nietig verklaren het besluit van verweerster van 2 juli 2010 in aanbestedingsprocedure F4E-20082009-OPE-053 (MS-MG) om de opdracht aan de winnende inschrijver te gunnen;

verweerster gelasten om aanbestedingsprocedure F4E-20082009-OPE-053 (MS-MG) in te trekken en een nieuwe aanbestedingsprocedure voor de levering van ITER Toroidal Field Coils Winding Packs uit te schrijven;

verweerster verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Tot staving van haar vorderingen voert verzoekster zeven middelen aan.

In de eerste plaats betoogt verzoekster dat de besluiten waarbij haar biedingen wegens niet-inachtneming van het bestek van de procedure werden uitgesloten, het beginsel van gelijke behandeling schenden en een kennelijke beoordelingsfout vertonen, aangezien de biedingen geen substantiële wijzigingen ("45 afwijkingen") van het modelcontract bevatten, zoals verweerster stelt, maar in feite enkel een lijst met diverse voorstellen waarover moest worden onderhandeld. Bovendien stelt verzoekster dat verweerster met die besluiten de beginselen van behoorlijk bestuur en transparantie heeft geschonden.

In de tweede plaats stelt verzoekster dat de bestreden besluiten in strijd zijn met het algemene beginsel van gelijke behandeling van alle inschrijvers, aangezien verweerster in de loop van de aanbestedingsprocedure niets heeft gedaan om te verhelpen dat de winnende inschrijver bij de formulering van zijn offerte over een aanzienlijk informatievoordeel beschikte, daar zij vóór de procedure voor verweerster en andere entiteiten had gewerkt. Bovendien betoogt zij dat de bestreden besluiten het transparantiebeginsel schenden, daar verweerster verzoekster niet alle informatie heeft verstrekt over de omstandigheden en de feitelijke achtergrond van haar besluit om relevante informatie voor de vaststelling van het bestaan van een informatievoordeel voor de winnende inschrijver niet aan verzoekster kenbaar te maken.

In de derde plaats betoogt verzoekster dat de bestreden besluiten in strijd zijn met artikel 84, sub a, van het financieel reglement1, aangezien de winnende inschrijver met betrekking tot de te gunnen opdracht in een belangenconflict verkeerde.

In de vierde plaats stelt verzoekster dat de bestreden besluiten in strijd zijn met het bepaalde in de artikelen 93 en 100, lid 2, sub h, van de uitvoeringsvoorschriften2, aangezien het besluit van verweerster om de opdrachten in aanbestedingsprocedure F4E-2009-OPE-053 (MS-MG) te gunnen, genomen werd na een open procedure en niet na een procedure van concurrentiegerichte dialoog of een procedure van gunning via onderhandelingen.

In de vijfde plaats betoogt zij dat de bestreden besluiten in strijd zijn met het bepaalde in artikel 23, lid 2, van richtlijn 2004/18/EG3 (dat naar analogie van toepassing is op deze aanbestedingsprocedure), aangezien de voorwaarden van het modelcontract in het bestek van de procedure in strijd zijn met het toepasselijke Spaanse recht en ertoe leiden dat ongerechtvaardigde belemmeringen voor de openstelling van overheidsopdrachten voor mededinging worden geschapen.

In de zesde plaats stelt verzoekster dat verweerster, door het gebruik van vage en onduidelijke vereisten in de technische specificaties, het transparantiebeginsel heeft geschonden en het bepaalde in artikel 116, lid 1, van de uitvoeringsvoorschriften heeft miskend.

Ten slotte betoogt zij dat verweerster de beginselen van transparantie en gelijke behandeling heeft geschonden, door in het bestek voor de onderhavige procedure gunningscriteria toe te passen die vaag en niet transparant zijn en geen betrekking hebben op het voorwerp van de opdracht, maar op de erkenning en selectie van de inschrijver.

____________

1 - Besluit van de Raad van bestuur van de Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie van 22 oktober 2007 houdende vaststelling van het financieel reglement.

2 - Besluit van de Raad van bestuur van de Europese gemeenschappelijke onderneming voor ITER en de ontwikkeling van fusie-energie van 22 oktober 2007 houdende vaststelling van de uitvoeringsvoorschriften van het financieel reglement.

3 - Richtlijn 2004/18/EG van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende de coördinatie van de procedures voor het plaatsen van overheidsopdrachten voor werken, leveringen en diensten (PB L 134, blz. 114).