Language of document :

Arrest van het Gerecht van 11 december 2013 – EMA/Commissie

(Zaak T-116/11)1

[„Arbitragebeding – Zesde kaderprogramma voor activiteiten op gebied van onderzoek, technologische ontwikkeling en demonstratie, ter bevordering van totstandbrenging van Europese onderzoeksruimte en van innovatie (2002/2006) – Dicoems-overeenkomst en Cocoon-overeenkomst – Gedeelte van gedeclareerde kosten stemt niet overeen met contractuele bepalingen – Ontbinding van overeenkomsten – Terugbetaling van gedeelte van uitgekeerde bedragen – Schadevergoeding – Reconventionele vordering – Niet-contractuele aansprakelijkheid – Ongerechtvaardigde verrijking – Beroep tot nietigverklaring – Niet voor beroep vatbare handeling – Handeling die is verricht in louter contractueel kader en daarmee onlosmakelijk verbonden is – Debetnota – Niet-ontvankelijkheid”]

Procestaal: Italiaans

Partijen

Verzoekende partij: Association médicale européenne (EMA) (Brussel, België) (vertegenwoordigers: A. Franchi en L. Picciano, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: S. Delaude en F. Moro, gemachtigden, bijgestaan door D. Gullo, advocaat)

Voorwerp

Primair, een verzoek dat ten eerste strekt tot vergoeding van de kosten voor de uitvoering van overeenkomst nr. 507126 inzake het Cocoon-project en overeenkomst nr. 507760 inzake het Dicoems-project, die respectievelijk op 7 en 19 december 2003 tussen de Commissie en verzoekster zijn afgesloten, ten tweede tot vaststelling dat het besluit van de Commissie houdende beëindiging van die overeenkomsten onrechtmatig is, ten derde tot nietigverklaring van de overeenkomstige debetnota en ten vierde tot vergoeding van de geleden schade en, subsidiair, een vordering op grond van de niet-contractuele aansprakelijkheid van de Commissie

Dictum

Het beroep van de Association médicale européenne (EMA) wordt toegewezen voor zover het betrekking heeft op de vergoeding van de directe personeelskosten in verband met de Cocoon-overeenkomst en de Dicoems-overeenkomst ten belope van 17 231,28 EUR en de daarmee verband houdende indirecte kosten die uit de toepassing van die overeenkomsten voortvloeien.

Het beroep van EMA wordt verworpen voor het overige.

De reconventionele vordering van de Europese Commissie wordt afgewezen.

Elke partij draagt haar eigen kosten, daaronder begrepen de kosten van het kort geding in zaak T-116/11 R.

____________

____________

1     PB C 120 van 16.4.2011.