Beroep ingesteld op 27 november 2023 – Lagardère/Commissie

(Zaak T-1119/23)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Lagardère SA (Parijs, Frankrijk) (vertegenwoordigers: D. Théophile, G. Aubron en C. Bocket, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

besluit C(2023) 6429 van de Europese Commissie van 19 september 2023, zoals gewijzigd bij besluit C(2023) 7464 van de Europese Commissie van 27 oktober2023, krachtens artikel 263 VWEU nietig te verklaren;

de Commissie te verwijzen in alle kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij zes middelen aan.

De Commissie maakt misbruik van haar bevoegdheden die zij krachtens artikel 11, lid 3, van verordening nr. 139/2004 bezit, omdat zij Lagardère SA bij wijze van het bestreden besluit op onrechtmatige wijze belast met de uitvoering van verkennende „onderzoeken”, zonder te verzekeren dat zij over de juridische en technische capaciteit beschikt om dergelijke onderzoeken uit te voeren.

Schending van artikel 296 VWEU, aangezien het bestreden besluit ontoereikend is gemotiveerd en verzoekster derhalve niet in staat stelt de redenen voor de genomen maatregel te kennen en de Unierechter niet in staat stelt de wettigheid van het bestreden besluit te toetsen. In het bijzonder is het op grond van de motivering van het bestreden besluit niet mogelijk om (i) de keuze van het rechtsinstrument of (ii) de omvang van de gevraagde inlichtingen te begrijpen.

Schending van het fundamentele recht op eerbiediging van het privéleven en het briefgeheim, aangezien het bestreden besluit verzoekster verplicht om de persoonlijke hulpmiddelen van haar werknemers op te vragen, alsmede hun persoonlijke documenten die op hun hulpmiddelen zijn opgeslagen.

Schending van het fundamentele beginsel van persvrijheid, aangezien het bestreden besluit niet voorziet in enige bescherming van documenten die journalistieke bronnen kunnen bevatten, en Lagardère SA en de betrokken journalisten een werklast oplegt die niet in verhouding staat tot de vereisten van het onderzoek van de Commissie.

Schending van het algemene beginsel van rechtszekerheid, aangezien het bestreden besluit niet kan worden beschouwd als voldoende „duidelijk en nauwkeurig” in de zin van de rechtspraak en verzoekster noodzakelijkerwijs in een positie brengt waarin zij haar wettelijke en contractuele verplichtingen moet schenden.

Schending van het evenredigheidsbeginsel en van het beginsel van bescherming tegen willekeurige ingrepen van het openbaar gezag in de privésfeer, aangezien het bestreden besluit verder gaat dan nodig is om het met het onderzoek van de Commissie nagestreefde doel te bereiken wat betreft (i) het gekozen rechtsinstrument, (ii) de omvang van de gevraagde inlichtingen en (iii) de opgelegde antwoordtermijn.

____________