Language of document :

Mededeling in het PB

 

ARREST VAN HET GERECHT VAN EERSTE AANLEG

van 12 april 2005

in zaak T-191/02, Giorgio Lebedef tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen1

(Ambtenaren ─ Kaderovereenkomst van 1974 tussen Commissie en vakbonds- en beroepsorganisaties ─ Opzegging ─ Vaststelling van werkingsregels ─ Bevestiging van overeenkomst van 4 april 2001 ─ Ontvankelijkheid)

(Procestaal: Frans)

In zaak T-191/02, Giorgio Lebedef, ambtenaar van de Commissie van de Europese Gemeenschappen, wonende te Senningerberg (Luxemburg), vertegenwoordigd door G. Bounéou en F. Fabretti, advocaten, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg, tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigde: J. Currall, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg), betreffende een beroep tot nietigverklaring van het besluit van de Commissie van 5 december 2001 waarbij zij de kaderovereenkomst van 20 september 1974 heeft opgezegd, de op 19 januari 2000 tussen de administratie van de Commissie en de meeste vakbonds- en beroepsorganisaties overeengekomen werkingsregels betreffende de overlegniveaus, de overleginstantie en de overlegprocedures opnieuw heeft vastgesteld, de overeenkomst van 4 april 2001 over de ter beschikking van de vertegenwoordiging van het personeel staande middelen heeft bevestigd, de in bijlage 1 bij de kaderovereenkomst van 1974 opgenomen stakingsbepalingen heeft bevestigd, de vice-voorzitter van de Commissie, de heer Neil Kinnock, heeft verzocht met de vakbonds- en beroepsorganisaties te onderhandelen en vóór eind maart 2002 een nieuwe kaderovereenkomst aan het college ter goedkeuring voor te leggen en in de wijzigingen van het Statuut waarover met de vakbonds- en beroepsorganisaties overleg moet worden gevoerd, een wijziging op te nemen volgens welke bij wege van referendum onder de personeelsleden van de instelling een nieuw kiesreglement kan worden vastgesteld, en voorzover nodig een beroep tot nietigverklaring van een brief van 22 december 2001 waarbij de heer Kinnock de voorzitter van elke vakbond in kennis stelt van zijn besluit, de Commissie te vragen voormelde kaderovereenkomst van 20 september 1974 per 5 december 2001 op te zeggen en een aantal van voormelde punten vast te stellen, alsmede een beroep tot nietigverklaring van het besluit van de heer Erik Halskov van 6 december 2001 houdende weigering om verzoeker een opdracht voor een dienstreis te geven om deel te nemen aan het overleg van 7 december 2001 over het "totale pakket van voorstellen tot wijziging van het Statuut", heeft het Gerecht (Eerste kamer), samengesteld als volgt: B. Vesterdorf, president, P. Mengozzi en M. E. Martins Ribeiro, rechters; griffier: I. Natsinas, administrateur, op 12 april 2005 een arrest gewezen waarvan het dictum luidt als volgt:

Het beroep wordt verworpen.

Elke partij draagt haar eigen kosten, met inbegrip van de op de kortgedingprocedure gevallen kosten.

____________

1 - PB C 233, van 28.09.2002.