Language of document : ECLI:EU:T:2015:1003

Zaak T‑242/12

Société nationale des chemins de fer français (SNCF)

tegen

Europese Commissie

„Staatssteun – Steun die door Frankrijk ten uitvoer is gelegd ten gunste van Sernam SCS – Herstructurerings‑ en herkapitalisatiesteun, garanties en kwijtschelding van schulden van Sernam door de SNCF – Besluit waarbij de steun onverenigbaar met de interne markt wordt verklaard – Misbruik van steun – Terugvordering – Economische continuïteit – Criterium van de particuliere investeerder”

Samenvatting – Arrest van het Gerecht (Zevende kamer) van 17 december 2015

1.      Steunmaatregelen van de staten – Door de Commissie goedgekeurde steun – Misbruik door de begunstigde – Bewijslast rustend op de Commissie

[Art. 108, lid 2, VWEU; verordening nr. 659/1999 van de Raad, art. 1, g), en 16]

2.      Recht van de Europese Unie – Uitlegging – Handelingen van de instellingen – Motivering – Inaanmerkingneming bij de uitlegging van het dispositief

3.      Steunmaatregelen van de staten – Besluit van de Commissie – Wettigheidstoetsing – Beslissingspraktijk van de Commissie – Geen invloed

(Art. 108, lid 2, VWEU)

4.      Beroep tot nietigverklaring – Voorwerp – Besluit gebaseerd op meerdere redeneringen, die elk volstaan als grondslag voor het dispositief – Besluit inzake staatssteun – Onwettigheid die slechts een van de redeneringen treft – Alleen nietigverklaring van het besluit wanneer die onwettigheid op het dispositief van invloed is

(Art. 263 VWEU)

5.      Steunmaatregelen van de staten – Terugvordering van onrechtmatige steun – Begunstigde onderneming die inmiddels failliet is gegaan – Oprichting van een nieuwe onderneming met het oog op de voortzetting van haar activiteiten – Terugbetaling ten laste van de nieuwe onderneming – Voorwaarden – Criterium van de „economische continuïteit” van de onderneming – Factoren die in aanmerking moeten worden genomen

(Art. 108, lid 2, VWEU)

6.      Steunmaatregelen van de staten – Terugvordering van onrechtmatige steun – Bepaling van de schuldenaar in geval van de overdracht van activa – Criterium van de „economische continuïteit” van de onderneming – Factoren die in aanmerking moeten worden genomen

(Art. 108, lid 2, VWEU)

7.      Steunmaatregelen van de staten – Terugvordering van onrechtmatige steun – Bepaling van de schuldenaar in geval van de verkoop van aandelen – Verkrijger van het concurrentievoordeel – Aansprakelijkheid van de onderneming die haar aandelen heeft verkocht in geval van behoud van de rechtspersoonlijkheid en voortzetting van de gesubsidieerde activiteiten

(Art. 108, lid 2, VWEU)

8.      Steunmaatregelen van de staten – Begrip – Beoordeling aan de hand van het criterium van de particuliere investeerder – Staat als aandeelhouder van een onderneming – Staat die als overheid handelt – Verschil voor de toepassing van het criterium van de particuliere investeerder

(Art. 107, lid 1, VWEU)

9.      Steunmaatregelen van de staten – Begrip – Steun die in de vorm van een garantie wordt verleend – Daaronder begrepen

(Art. 107, lid 1, VWEU; mededeling 2000/C 71/07 van de Commissie, punt 2.1.2)

10.    Steunmaatregelen van de staten – Ongunstige beïnvloeding van het handelsverkeer tussen de lidstaten – Aantasting van de mededinging – Beoordelingscriteria – Beperkt belang van de steun en bescheiden omvang van de onderneming die niet voorshands een ongunstige beïnvloeding van het handelsverkeer uitsluiten

(Art. 107, lid 1, VWEU)

11.    Gerechtelijke procedure – Interventie – Ontvankelijkheid van een door een interveniënt aangevoerd middel die in het licht van de twijfelachtige samenhang met het voorwerp van het geschil wordt bestreden – Middel dat hoe dan ook om een andere reden moet worden afgewezen of omdat het grondslag mist – Mogelijkheid voor de rechter om het af te wijzen zonder uitspraak over de ontvankelijkheid te doen

(Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 142 en 144)

12.    Steunmaatregelen van de staten – Besluit van de Commissie tot inleiding van een formele onderzoeksprocedure met betrekking tot een overheidsmaatregel – Voorwerp en strekking van de procedure – Motiveringsplicht – Omvang

(Art. 108, lid 2, VWEU; verordening nr. 659/1999 van de Raad, art. 6)

13.    Steunmaatregelen van de staten – Onderzoek door de Commissie – Besluit tot inleiding van de formele onderzoeksprocedure van artikel 108, lid 2, VWEU – Evolutie van het standpunt van de Commissie aan het einde van de procedure

(Art. 108, lid 2, VWEU; verordening nr. 659/1999 van de Raad, art. 7)

14.    Steunmaatregelen van de staten – Administratieve procedure – Verplichting van de Commissie om de belanghebbenden aan te manen hun opmerkingen in te dienen – Belanghebbenden uitgesloten van het voordeel van de rechten van verdediging – Recht van de steunverlener om op passende wijze bij de procedure te worden betrokken

(Art. 108, lid 2, VWEU)

15.    Recht van de Europese Unie – Beginselen – Bescherming van het gewettigd vertrouwen – Voorwaarden

16.    Mededinging – Administratieve procedure – Verplichtingen van de Commissie – Inachtneming van een redelijke termijn – Schending – Gevolgen

(Art. 108, lid 2, VWEU; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 41, lid 1)

17.    Steunmaatregelen van de staten – Onderzoek door de Commissie – Inachtneming van een redelijke termijn – Beoordelingscriteria – Beginsel van behoorlijk bestuur – Rechtzekerheidsbeginsel – Geen schending

(Art. 108, lid 2, VWEU; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 41, lid 1, en 52, lid 3; verordening nr. 659/1999 van de Raad, art. 7, lid 6)

1.      Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punt 83)

2.      Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punten 87, 114)

3.      Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punten 121, 124)

4.      Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punt 230)

5.      Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punten 234, 273, 277)

6.      Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punt 235)

7.      Op staatssteungebied heeft de verkoop van de aandelen van een onderneming die onwettige steun heeft ontvangen door een aandeelhouder aan een derde geen invloed op de verplichting tot terugvordering. In het geval dat de onderneming waaraan de onwettige staatssteun is verleend, haar rechtspersoonlijkheid behoudt en zij de met de staatssteun gesubsidieerde activiteiten – voor eigen rekening – blijft uitoefenen, is het normalerwijs dan ook deze onderneming die het aan de betrokken steun verbonden concurrentievoordeel behoudt, zodat zij moet worden verplicht een bedrag gelijk aan deze steun terug te betalen. Bijgevolg kan niet aan de koper worden gevraagd dat hij dergelijke steun terugbetaalt.

(cf. punt 267)

8.      Uit het beginsel van gelijke behandeling van de openbare en de particuliere sector volgt dat kapitaal dat de staat onder met normale marktvoorwaarden overeenkomende omstandigheden, al dan niet rechtstreeks, ter beschikking van een onderneming stelt, niet als staatssteun kan worden aangemerkt. Deze beoordeling moet voor overheidsbedrijven in beginsel aan de hand van het criterium van de particuliere investeerder geschieden.

De toepasselijkheid van het criterium van de particuliere investeerder hangt er uiteindelijk immers van af of de betrokken lidstaat een hem toebehorende onderneming een economisch voordeel toekent in zijn hoedanigheid van aandeelhouder dan wel als overheid. De handelingen die de staat verricht ter uitvoering van de verplichtingen die op hem als overheid rusten, kunnen namelijk niet worden vergeleken met die van een particuliere investeerder in een markteconomie. Meer bepaald kunnen in dat verband de aard en het voorwerp van deze maatregel, de context waarin hij is genomen, alsmede de daarmee nagestreefde doelstelling en regels waaraan deze maatregel is onderworpen, relevant zijn.

(cf. punten 291, 292)

9.      Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punten 325, 332)

10.    Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punt 331)

11.    Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punt 343)

12.    Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punten 348, 349, 353, 357)

13.    Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punt 350)

14.    Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punten 361, 362)

15.    Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punt 370)

16.    Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punten 392, 393)

17.    Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punten 395‑397, 411, 415, 416)