Language of document :

Beroep ingesteld op 16 juli 2021 – TK/Commissie

(Zaak T-435/21)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: TK (vertegenwoordiger: S. Orlandi, advocaat)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

het besluit om verzoeker in het kader van de bevorderingsronde 2020 niet naar de rang AD 15 te bevorderen nietig te verklaren;

de besluiten tot bevordering naar de rang AD 15 van de ambtenaren die zijn opgenomen op de lijst van in het kader van de bevorderingsronde 2020 bevorderde ambtenaren, nietig te verklaren;

de Commissie te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij twee middelen aan.

Eerste middel, ontleend aan niet-nakoming van de motiveringsplicht, schending van artikel 45 van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Unie en van het beginsel van gelijke behandeling. Verzoeker werpt tevens een exceptie van onrechtmatigheid op van besluit SEC (2007) 605 van de Commissie van 10 mei 2007, betreffende de beginselen en procedures voor de bevordering van het hoger kaderpersoneel, met name op grond dat dit besluit niet bepaalt dat beroepen worden behandeld door een ander orgaan dan het raadgevend comité voor de bevordering van hoger kaderpersoneel. Voorts moet dit comité beschikken over de mogelijkheid om beroepen toe te wijzen zonder beperkt te worden door bevorderingsquota die zijn uitgeput op het moment waarop de lijst van bevorderde ambtenaren wordt opgesteld.

Tweede middel, ontleend aan een kennelijke beoordelingsfout. In dit verband voert verzoeker een reeks objectieve aanwijzingen betreffende met name de anciënniteit en de meritepunten aan en stelt hij dat die aanwijzingen aantonen dat het bestreden besluit ongegrond is.

____________