Beschikking van de vicepresident van het Hof van 22 november 2023 –
Raad / Mazepin

[Zaken C‑585/23 P(R) en C‑585/23 P(R)-R]

„Hogere voorziening – Kort geding – Beperkende maatregelen gelet op de situatie in Oekraïne – Bevriezing van tegoeden en economische middelen – Handhaving van de naam van een natuurlijke persoon op de lijst van personen, entiteiten en lichamen die aan deze beperkende maatregelen zijn onderworpen – Opschorting van de procedure voor ‚hernieuwde plaatsing’ van deze persoon op de lijst – Bekendmaking van een bericht in het Publicatieblad van de Europese Unie – Verplichting om maatregelen te nemen in verband met de door de lidstaten verleende visa – Maatregelen die de kortgedingrechter kan nemen”

Gerechtelijke procedure – Interventie – Voorwaarden voor ontvankelijkheid – Belang bij de beslechting van het geding – Begrip – Vereiste van een rechtstreeks en actueel belang – Verzoek in kort geding betreffende beperkende maatregelen gelet op de situatie in Oekraïne – Rechtstreeks en actueel belang van de hoge vertegenwoordiger van de Unie voor buitenlandse zaken en veiligheidsbeleid

(Statuut van het Hof van Justitie, art. 40, tweede alinea)

(zie punten 4‑18)

Dictum

1) De punten 1 tot en met 4 en 6 van het dictum van de beschikking van de president van het Gerecht van 19 september 2023, Mazepin/Raad (T‑743/22 R III), worden vernietigd.

2) De zaak wordt terugverwezen naar het Gerecht van de Europese Unie.

3) De beslissing omtrent de kosten wordt aangehouden.