Language of document : ECLI:EU:T:2013:601

Zaak T‑337/12

El Hogar Perfecto del Siglo XXI, SL

tegen

Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt
(merken, tekeningen en modellen) (BHIM)

„Gemeenschapsmodel – Nietigheidsprocedure – Ingeschreven gemeenschapsmodel dat kurkentrekker weergeeft – Ouder nationaal model – Nietigheidsgrond – Geen eigen karakter – Geen verschillende algemene indruk – Geïnformeerde gebruiker – Mate van vrijheid van ontwerper – Artikelen 4, 6 en 25, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 6/2002”

Samenvatting – Arrest van het Gerecht (Zesde kamer) van 21 november 2013

1.      Gemeenschapsmodellen – Nietigheidsgronden – Geen eigen karakter – Model dat bij geïnformeerde gebruiker geen algemene indruk wekt die verschilt van door ouder model gewekte algemene indruk – Geïnformeerde gebruiker – Begrip

(Verordening nr. 6/2002 van de Raad, art. 6, lid 1, en 25, lid 1, sub b)

2.      Gemeenschapsmodellen – Nietigheidsgronden – Geen eigen karakter – Model dat bij geïnformeerde gebruiker geen algemene indruk wekt die verschilt van door ouder model gewekte algemene indruk – Beoordelingscriteria – Vrijheid van ontwerper

(Verordening nr. 6/2002 van de Raad, art. 6, lid 2, en 25, lid 1, sub b)

3.      Gemeenschapsmodellen – Beroepsprocedure – Beroep bij rechter van de Unie – Beslissing van afdeling van het Bureau die deel uitmaakt van context van beslissing van kamer van beroep

4.      Gemeenschapsmodellen – Nietigheidsgronden – Geen eigen karakter – Model dat bij geïnformeerde gebruiker geen algemene indruk wekt die verschilt van door ouder model gewekte algemene indruk – Bepaling van algemene indruk op basis van gebruikswijze van voortbrengsel

(Verordening nr. 6/2002 van de Raad, art. 6, lid 1, en 25, lid 1, sub b)

5.      Gemeenschapsmodellen – Nietigheidsgronden – Geen eigen karakter – Model dat bij geïnformeerde gebruiker geen algemene indruk wekt die verschilt van door ouder model gewekte algemene indruk – Beoordelingscriteria – Nadelen of moeilijkheden bij gebruik van ouder model – Daarvan uitgesloten

(Verordening nr. 6/2002 van de Raad, art. 1, 3 en 6)

1.      Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punten 21‑25)

2.      Zie de tekst van de beslissing.

(cf. punten 31‑33)

3.      Wanneer de kamer van beroep de beslissing van de lagere instantie van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) in haar geheel bevestigt, maken deze beslissing en de motivering ervan deel uit van de context waarin de bestreden beslissing werd vastgesteld; verzoeker is op de hoogte van deze context en de rechter kan op basis daarvan zijn toezicht op de rechtmatigheid volledig uitoefenen wat de gegrondheid van de beoordeling van het eigen karakter van het betrokken model betreft.

(cf. punt 43)

4.      Bij de beoordeling van de algemene indruk die een model bij de geïnformeerde gebruiker wekt, wordt ook rekening gehouden met de manier waarop het door dat model weergegeven voortbrengsel wordt gebruikt.

(cf. punt 46)

5.      Het eigen karakter van een model wordt, overeenkomstig artikel 6 van verordening nr. 6/2002 betreffende gemeenschapsmodellen, beoordeeld aan de hand van een vergelijking van de algemene indrukken die de conflicterende modellen bij de geïnformeerde gebruiker wekken, waarbij rekening wordt gehouden met de mate van vrijheid van de ontwerper. Bijgevolg kan bij de beoordeling van het eigen karakter van een model geen rekening worden gehouden met het criterium inzake de beweerdelijk in het litigieuze model opgeloste nadelen of diverse gebruiksmoeilijkheden van het oudere model. Overigens heeft het modellenrecht, zoals blijkt uit de artikelen 1 en 3 van verordening nr. 6/2002, tot doel de verschijningsvorm van een voortbrengsel te beschermen en niet het uitdenken van de gebruiks‑ of werkingswijzen ervan.

(cf. punt 52)