Language of document : ECLI:EU:T:2014:702





Beschikking van het Gerecht (Negende kamer) van 10 juli 2014 – H/Raad e.a.

(Zaak T‑271/10)

„Beroep tot nietigverklaring – Beroep tot schadevergoeding – Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid – Nationaal expert gedetacheerd bij de EUPM in Bosnië en Herzegovina – Beslissing tot aanstelling in een andere functie – Onbevoegdheid van het Gerecht – Niet-ontvankelijkheid”

1.                     Gerechtelijke procedure – Verplichting voor het Gerecht om de mondelinge behandeling aan te vatten alvorens uitspraak te doen op de exceptie van niet-ontvankelijkheid – Geen (Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 114) (cf. punten 25, 28)

2.                     Beroep tot nietigverklaring – Bevoegdheid van de Unierechter – Beroep tegen de handelingen van het hoofd van de politiemissie van de Europese Unie in het kader van de detachering van een nationaal expert bij een dergelijke missie – Handelingen die onder het gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid vallen – Daarvan uitgesloten (Art. 24, lid 1, tweede alinea, VEU en 40 VEU; art. 275, tweede alinea, VWEU; besluit 2009/906/GBVB van de Raad) (cf. punten 34, 35)

3.                     Beroep tot nietigverklaring – Hoedanigheid van verwerende partij – Politiemissie van de Europese Unie – Handelingen van het hoofd van een dergelijke missie in het kader van de detachering van een nationaal expert – Toerekenbaarheid aan de nationale autoriteiten – Niet-ontvankelijkheid van het beroep – Bevoegdheid van de nationale rechterlijke instanties (Art. 263, eerste alinea, VWEU; besluit 2009/906/GBVB van de Raad, art. 5, lid 4, 6, leden 2 en 5, en 8, lid 2) (cf. punten 44‑52)

Voorwerp

Ten eerste, verzoek tot nietigverklaring van het besluit van 7 april 2010, ondertekend door het hoofd van de personeelsdienst van de EUPM, waarbij verzoekster werd aangesteld in een nieuwe functie, te weten die van „Criminal Justice Adviser – Prosecutor” bij het regionaal bureau van Banja Luka (Bosnië en Herzegovina) en, zo nodig, van het besluit van 30 april 2010, ondertekend door het in artikel 6 van besluit 2009/906/GBVB van de Raad van 8 december 2009 inzake de politiemissie van de Europese Unie (EUPM) in Bosnië en Herzegovina (BiH) (PB L 322, blz. 22) bedoelde hoofd van de missie, waarbij het besluit van 7 april 2010 wordt bevestigd, en, ten tweede, verzoek tot schadevergoeding

Dictum

1)

Het beroep wordt niet-ontvankelijk verklaard.

2)

H zal haar eigen kosten dragen alsmede die van de Raad van de Europese Unie en die van de Europese Commissie.