Language of document :

Mededeling in het PB

 

Beroep, op 10 december 2002 ingesteld door Bernard Barbé tegen Europees Parlement.

    (Zaak T-371/02)

    Procestaal: Frans

Bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen is op 10 december 2002 beroep ingesteld tegen Europees Parlement door Bernard Barbé, wonende te Luxemburg, vertegenwoordigd door A. Lorang, advocaat, domicilie gekozen hebbende te Luxemburg.

Verzoeker concludeert dat het het Gerecht behage:

(vast te stellen dat het Parlement ten onrechte de tot 11 november 1998 op het salaris van mevrouw Boez ingehouden bedragen niet aan de heer Barbé heeft doen toekomen;

(te gelasten dat de over de maanden maart 1998 tot en met november 1998 ingehouden bedragen aan verzoeker worden betaald;

(verweerder te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Verzoeker komt op tegen het besluit van het tot aanstelling bevoegd gezag om geen gevolg te geven aan zijn verzoek dat ertoe strekt dat het vonnis van het Tribunal de Paix de Luxembourg van 26 november 1998 correct ten uitvoer wordt gelegd en dat de met ingang van 11 november 1998 verleende vrijgave van de uit hoofde van een derdenbeslag op het salaris van een ambtenaar van de verwerende instelling ingehouden bedragen dientengevolge op die datum, en niet in maart 1998, ingaat.

Tot staving van zijn vordering voert verzoeker aan:

(dat de instellingen in beginsel gehouden zijn tot loyale samenwerking met de nationale instellingen, en

(dat de procedure van het derdenbeslag uit het oogpunt van het gemeenschapsrecht volkomen wettig is.

____________