Language of document :

Hogere voorziening ingesteld op 6 juli 2009 door de Commissie van de Europese Gemeenschappen tegen het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 28 april 2009 in de gevoegde zaken F-5/05, Violetti e.a. / Commissie, en F-7/05, Schmit / Commissie

(Zaak T-261/09 P)

Procestaal: Frans

Partijen

Rekwirante: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: J. Currall en J.-P. Keppenne, gemachtigden)

Andere partijen in de procedure: Antonello Violetti (Cittiglio, Italië), Nadine Schmit (Ispra, Italië), Raad van de Europese Unie, Anna Bassi Perucchini (Reno di Leggiuno, Italië), Marco Basso (Varano Borghi, Italië), Ernesto Brognieri (Barasso, Italië), Sergio Brusorio (Sesto Calende, Italië), Natale Cao (Ispra), Renato Cazzaniga (Ispra), Elvidio Flammini (Varèse, Italië), Luigi Magistri (Ispra), Reginella Molinari Canale (Ispra), Giuseppe Morelli (Besozzo, Italië), Nadia Valentini (Varèse) en Giuseppe Zara (Ispra)

Conclusies

het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie van 28 april 2009 in de gevoegde zaken Violetti e.a./Commissie, F-5/05 en F-7/05, vernietigen, voor zover daarbij is geoordeeld dat de beroepen tot nietigverklaring van het besluit van het OLAF om informatie te verstrekken aan de Italiaanse autoriteiten, ontvankelijk waren;

zelf uitspraak doen over de onderhavige zaken en verzoekers' beroepen tot nietigverklaring niet-ontvankelijk verklaren;

verzoekers in eerste aanleg verwijzen in de kosten van het geding, daaronder begrepen die van de procedure voor het Gerecht voor ambtenarenzaken.

Middelen en voornaamste argumenten

Met deze hogere voorziening verzoekt de Commissie om vernietiging van het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 28 april 2009 in de gevoegde zaken Violetti e.a./Commissie, F-5/05 en F-7/05, waarbij dat Gerecht nietig heeft verklaard het besluit van het Europees Bureau voor fraudebestrijding (OLAF) om informatie over verzoekers in eerste aanleg aan de Italiaanse rechtelijke autoriteiten te verstrekken en de Commissie is veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding van 3 000 EUR aan elke verzoeker.

Tot staving van de hogere voorziening voert de Commissie één middel aan, ontleend aan schending van artikel 90bis van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen, aangezien het Gerecht voor ambtenarenzaken het gemeenschapsrecht heeft geschonden en motiveringsfouten heeft gemaakt, door zich niet te houden aan de vaste rechtspraak dat voorbereidende handelingen zoals de instelling van een onderzoek van het OLAF, het eindrapport van het OLAF en de inleiding van een tuchtprocedure, geen bezwarende handelingen zijn. Volgens de Commissie kan die rechtspraak worden toegepast op artikel 90bis van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen betreffende de mogelijkheid om een klacht in te dienen tegen de handelingen van het OLAF.

____________