ARREST VAN HET GERECHT VOOR AMBTENARENZAKEN

(Tweede kamer)

22 november 2007

Zaak F‑67/05

Christos Michail

tegen

Commissie van de Europese Gemeenschappen

„Openbare dienst – Ambtenaren – Beoordeling – Loopbaanontwikkelingsrapport – Beoordelingsperiode 2003 – Beroep tot nietigverklaring – Beroep tot schadevergoeding”

Betreft: Beroep, ingesteld krachten de artikelen 236 EG en 152 EA en strekkende tot nietigverklaring van verzoekers loopbaanontwikkelingsrapport over de periode van 1 april tot en met 31 december 2003, nietigverklaring van het besluit van 15 april 2005 houdende afwijzing van zijn klacht tegen het loopbaanontwikkelingsrapport 2003, alsmede veroordeling van de Commissie tot betaling aan hem van het bedrag van 90 000 EUR ter vergoeding van de materiële en immateriële schade die hij stelt te hebben geleden.

Beslissing: Het loopbaanontwikkelingsrapport van verzoeker over de periode van 1 april tot en met 31 december 2003 wordt nietig verklaard. Het beroep wordt voor het overige verworpen. De Commissie wordt verwezen in de kosten.

Samenvatting

Ambtenaren – Beoordeling – Loopbaanontwikkelingsrapport

(Ambtenarenstatuut, art. 43)

Artikel 43 van het Statuut en artikel 1, lid 2, van de door de Commissie vastgestelde algemene uitvoeringsbepalingen betreffende artikel 43 van het Statuut moeten aldus worden uitgelegd, dat zij zich ertegen verzetten dat de administratie een meritepunt toekent aan een ambtenaar die met geen enkele functie was belast. Ofschoon de toekenning van een cijfer ter beoordeling van de individuele prestaties op grond van de te bereiken resultaten een verplichting is wanneer aan de ambtenaar bepaalde functies zijn opgedragen, is dit niet het geval wanneer de betrokkene met geen enkele functie is belast waarover een beoordeling kan worden uitgebracht. Is de beoordeelde ambtenaar, ofschoon hij in actieve dienst was, tijdens de referentieperiode met geen enkele functie belast waarover een beoordeling kan worden uitgebracht, dan moet het loopbaanontwikkelingsrapport nietig worden verklaard. Deze nietigverklaring brengt mee dat de administratie een adequaat middel moet zoeken om het ontbreken van een meritepunt te compenseren, door toekenning van een bepaald passend aantal punten.

(cf. punten 30, 31, 33 en 34)