Arrest van het Gerecht (Eerste kamer) van 7 november 2013 – Budziewska/BHIM – Puma (Weergave van een opspringende katachtige)
(Zaak T‑666/11)
„Gemeenschapsmodel – Nietigheidsprocedure – Ingeschreven gemeenschapsmodel dat opspringende katachtige weergeeft – Oudere gemeenschapsmodellen – Nietigheidsgrond – Ontbreken van eigen karakter – Geïnformeerde gebruiker – Mate van vrijheid van ontwerper – Geen andere totaalindruk – Artikelen 6 en 25, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 6/2002”
1. Gemeenschapsmodellen – Nietigheidsgronden – Geen eigen karakter – Model dat bij geïnformeerde gebruiker geen algemene indruk wekt die verschilt van door ouder model gewekte algemene indruk – Beoordelingscriteria – Vrijheid van ontwerper (Verordening nr. 6/2002 van de Raad, art. 6, lid 2, en 25, lid 1, sub b) (cf. punt 21)
2. Gemeenschapsmodellen – Nietigheidsgronden – Geen eigen karakter – Openbaarmaking door ontwerper of zijn rechthebbende – Bewijs van openbaarmaking (Verordening nr. 6/2002 van de Raad, art. 6, lid 1, 7, lid 1, en 25, lid 1, sub b) (cf. punt 24)
3. Gemeenschapsmodellen – Nietigheidsgronden – Geen eigen karakter – Model dat bij geïnformeerde gebruiker geen algemene indruk wekt die verschilt van door ouder model gewekte algemene indruk – Weergave van opspringende katachtige (Verordening nr. 6/2002 van de Raad, art. 6, lid 1, en 25, lid 1, sub b) (cf. punten 26, 36, 41‑43)
4. Gemeenschapsmodellen – Nietigheidsgronden – Geen eigen karakter – Model dat bij geïnformeerde gebruiker geen algemene indruk wekt die verschilt van door ouder model gewekte algemene indruk – Globale beoordeling van alle elementen die door ouder model worden weergegeven (Verordening nr. 6/2002 van de Raad, art. 6, lid 1, en 25, lid 1, sub b) (cf. punten 29‑31)
5. Gemeenschapsmodellen – Nietigheidsgronden – Geen eigen karakter – Geïnformeerde gebruiker – Begrip (Verordening nr. 6/2002 van de Raad, art. 6, lid 1, en 25, lid 1, sub b) (cf. punt 32)
6. Gerechtelijke procedure – Inleidend verzoekschrift – Vormvereisten – Summiere uiteenzetting van aangevoerde middelen – Vergelijkbare vereisten voor ter ondersteuning van middel aangevoerde argumenten (Statuut van het Hof van Justitie, art. 21, eerste alinea; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 44, lid 1, sub c) (cf. punt 34)
Voorwerp
| Beroep tegen de beslissing van de derde kamer van beroep van het BHIM van 23 september 2011 (zaak R 1137/2010‑3) inzake een nietigheidsprocedure tussen Puma AG Rudolf Dassler Sport en Danuta Budziewska |
Dictum
1) | | Het beroep wordt verworpen. |
2) | | Danuta Budziewska wordt verwezen in de kosten. |