Language of document :

Beroep ingesteld op 18 maart 2024 – DF/Commissie

(Zaak T-153/24)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: DF (vertegenwoordigers: A. Guillerme en S. Napolitano, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

De verzoekende partij verzoekt het Gerecht:

het besluit van 12 mei 2023 van het tot het aangaan van aanstellingsovereenkomsten bevoegd gezag van de Europese Commissie waarbij haar aanwervingsproces werd beëindigd, nietig te verklaren;

een schadevergoeding ten belope van 85 000 EUR toe te kennen ter compensatie van de morele en materiële schade die de verzoekende partij heeft geleden, welke schadevergoeding in de loop van de procedure kan worden verhoogd, vermeerderd met vertragingsrente vanaf de datum van de uitspraak van het arrest en lopende tot aan de integrale betaling tegen een rentevoet die gelijk is aan de door de Europese Centrale Bank (ECB) voor haar basisherfinancieringstransacties vastgestelde rentevoet, vermeerderd met drie en een halve procentpunten;

verweerster te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij drie middelen aan.

Eerste middel: onregelmatigheid van het advies van de medische commissie en een kennelijke beoordelingsfout. De verzoekende partij betoogt met name dat de medische commissie heeft nagelaten over te gaan tot een volledig en onpartijdig heronderzoek van haar situatie aangezien de medische commissie geen rekening heeft gehouden met alle aan haar medisch dossier toegevoegde documenten.

Tweede middel: verkeerde toepassing van het recht door het tot het aangaan van aanstellingsovereenkomsten bevoegd gezag (hierna: „TAOBG”) betreffende de reikwijdte van zijn bevoegdheden. Volgens de verzoekende partij heeft het TAOBG lijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te oordelen dat het vóór het vaststellen van het bestreden besluit niet kon overgaan tot het verrichten van bijkomende verificaties inzake de echtheid van de feitelijke elementen waarop de medische commissie zich beriep, alsook het bestaan van een logisch verband tussen haar medische bevindingen en de conclusie van ongeschiktheid waartoe zij had besloten.

Derde middel: schending van het beginsel van behoorlijk bestuur en niet-nakoming van de zorgplicht. De verzoekende partij stelt dat de Commissie door haar gedrag en haar besluiten het beginsel van behoorlijk bestuur heeft geschonden en haar zorgplicht niet is nagekomen. De verzoekende partij beroep zich hierbij op de traagheid van het aanwervingsproces, de meerdere begane fouten en het gedrag van de Commissie in het kader van de behandeling van haar klacht.

____________