Language of document :

Beroep ingesteld op 14 oktober 2009 - New Yorker SHK Jeans / BHIM - Vallis K - Vallis A (FISHBONE)

(Zaak T-415/09)

Taal van het verzoekschrift: Engels

Partijen

Verzoekende partij: New Yorker SHK Jeans GmbH (Braunschweig, Duitsland) (vertegenwoordigers: A. Gaul, T. Golda, S. Kirschstein-Freund en V. Spitz, advocaten)

Verwerende partij: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen)

Andere partij in de procedure voor de kamer van beroep: Vallis K - Vallis A & Co. OE (Athene, Griekenland)

Conclusies

de beslissing van de eerste kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 30 juli 2009 in zaak R 1051/2008-1 wijzigen en verklaren dat het beroep gegrond is en de oppositie wordt afgewezen voor waren van klasse 25;

subsidiair, de beslissing van de eerste kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 30 juli 2009 in zaak R 1051/2008-1 vernietigen voor zover daarbij het beroep is verworpen en de afwijzing van de aanvraag voor waren van klasse 25 is bevestigd;

verweerder verwijzen in de kosten, daaronder begrepen de kosten die verzoekster in de procedure voor de kamer van beroep zijn opgekomen.

Middelen en voornaamste argumenten

Aanvrager van het gemeenschapsmerk: verzoekster

Betrokken gemeenschapsmerk: woordmerk "FISHBONE" voor waren van de klassen 18 en 25

Houder van het oppositiemerk of -teken in de oppositieprocedure: andere partij in de procedure voor de kamer van beroep

Oppositiemerk of -teken: Griekse merkinschrijving voor het merk "FISHBONE BEACHWEAR" voor waren van klasse 25; ouder teken "Fishbone" (woord- en beeldteken) dat in Griekenland in het economisch verkeer wordt gebruikt voor "kledingstukken, schoeisel en hoofddeksels"

Beslissing van de oppositieafdeling: toewijzing van de oppositie

Beslissing van de kamer van beroep: gedeeltelijke toewijzing van het beroep en verwerping van het beroep voor het overige

Aangevoerde middelen: schending van de artikelen 43, lid 2, en 74, lid 2, van verordening nr. 40/94 van de Raad (thans de artikelen 42, lid 2, en 76, lid 2, van verordening nr. 207/2009 van de Raad) en van regel 22, lid 2, van verordening nr. 2868/951 van de Commissie, aangezien de kamer van beroep ten onrechte heeft geoordeeld dat zij rekening mocht houden met de op 15 januari 2007 overgelegde catalogi; schending van artikel 73 van verordening nr. 40/94 van de Raad (thans artikel 75 van verordening nr. 207/2009 van de Raad), aangezien de kamer van beroep geen motivering heeft verstrekt voor de inaanmerkingneming van de op 15 januari 2007 overgelegde catalogi; schending van de artikelen 43, leden 2 en 5, en 15, leden 1 en 2, sub a, van verordening nr. 40/94 van de Raad (thans de artikelen 42, leden 2 en 5, en 15, lid 1, eerste en tweede alinea, sub a, van verordening nr. 207/2009 van de Raad), aangezien de kamer van beroep ten onrechte heeft gesteld dat het bewijs was geleverd van het normale gebruik van het oppositiemerk; schending van artikel 8, lid 1, sub b, van verordening nr. 40/94 van de Raad (thans artikel 8, lid 1, sub b, van verordening nr. 207/2009 van de Raad), aangezien de kamer van beroep ten onrechte heeft aangenomen dat er gevaar voor verwarring van de betrokken merken bestond.

____________

1 - Verordening (EG) nr. 2868/95 van de Commissie van 13 december 1995 tot uitvoering van verordening (EG) nr. 40/94 van de Raad inzake het gemeenschapsmerk (PB L 303, blz. 1).