Language of document :

Beroep ingesteld op 17 maart 2010 - Lux Management / BHIM - Zeis Excelsa (KULTE)

(Zaak T-130/10)

Taal van het verzoekschrift: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Lux Management Holding SA (Luxemburg, Luxemburg) (vertegenwoordiger: S. Mas, advocaat)

Verwerende partij: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen)

Andere partij in de procedure voor de kamer van beroep: Zeis Excelsa SPA (Montegranaro, Italië)

Conclusies

de beslissing van de vierde kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 15 januari 2010 in zaak R 712/2008-4 zonder voorwerp verklaren;

subsidiair, de beslissing van de vierde kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 15 januari 2010 in zaak R 712/2008-4 vernietigen omdat daarin geen rekening is gehouden met het door verzoekster voorgelegde bewijs;

subsidiair, de beslissing van de vierde kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) van 15 januari 2010 in zaak R 712/2008-4 vernietigen omdat daarin geen motivering is opgenomen met betrekking tot het gedogen door de andere partij in de procedure voor de kamer van beroep van het ingeschreven gemeenschapsmerk waarvan vervallenverklaring is gevorderd, en

verweerder verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ingeschreven gemeenschapsmerk waarvan vervallenverklaring is gevorderd: beeldmerk "KULTE", voor waren van de klassen 14, 18 en 25

Houder van het gemeenschapsmerk: verzoekster

Partij die vervallenverklaring van het gemeenschapsmerk vordert: andere partij in de procedure voor de kamer van beroep

Merkrecht van de partij die vervallenverklaring vordert: Italiaans beeldmerk "CULT", voor alle waren van klasse 25; internationaal beeldmerk met werking in Frankrijk en de Benelux "CULT", voor waren van de klassen 14, 18 en 25

Beslissing van de nietigheidsafdeling: gedeeltelijke nietigverklaring van het gemeenschapsmerk waarvan vervallenverklaring is gevorderd

Beslissing van de kamer van beroep: verwerping van het beroep

Aangevoerde middelen: schending van artikel 43 van verordening nr. 207/2009 van de Raad, aangezien de kamer van beroep niet heeft erkend dat haar beslissing zonder voorwerp is omdat partijen een overeenkomst hebben bereikt over het naast-elkaar-bestaan van de aan de orde zijnde merken en het latere verzoek om intrekking; schending van artikel 6, lid 1, van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, aangezien de kamer van beroep door verzoekster voorgelegd nieuw bewijs niet heeft aanvaard; schending van artikel 57, lid 2, van verordening nr. 207/2009, aangezien de kamer van beroep blijk heeft gegeven van een onjuiste opvatting van het ingediende bewijs en geen redenen heeft opgegeven met betrekking tot het bewijs dat de andere partij in de procedure voor de kamer van beroep het ingeschreven gemeenschapsmerk waarvan vervallenverklaring is gevorderd, heeft gedoogd.

____________