Language of document : ECLI:EU:T:2006:146

BESCHIKKING VAN DE PRESIDENT
VAN DE TWEEDE KAMER VAN HET GERECHT VAN EERSTE AANLEG

1 juni 2006(*)

„Doorhaling”

In zaak T-319/04,

Port Support Customs Rotterdam B.V., gevestigd te Rotterdam (Nederland), vertegenwoordigd door A.T.M. Jansen, advocaat,

verzoekster,

tegen

Commissie van de Europese Commissie, vertegenwoordigd door P. van Nuffel en P. Aalto als gemachtigden,

verweerster,

betreffende de nietigverklaring van de beslissing van de Commissie van 18 mei 2004, waarbij verzoekster toegang tot bepaalde bijgevoegde documenten bij een missierapport van OLAF werd geweigerd,

geeft

DE PRESIDENT VAN DE TWEEDE KAMER
VAN HET GERECHT VAN EERSTE AANLEG
VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,

de navolgende

Beschikking

1       Bij een op 26 april 2006 ter griffie van het Gerecht neergelegd schrijven heeft verzoekster het Gerecht krachtens artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Gerecht bericht, dat zij afstand doet van haar beroep.

2       Bij een op 5 mei 2006 ter griffie van het Gerecht neergelegd schrijven heeft verweerster het Gerecht medegedeeld dat zij overeenkomstig artikels 99 en 87, paragraaf 5, van het Reglement voor de procesvoering vordert dat verzoekende partij veroordeeld zou worden in de proceskosten.

3       Volgens artikel 87, lid 5, eerste alinea, van het Reglement voor de procesvoering wordt de partij die afstand doet van instantie, voorzover dit door de wederpartij in haar opmerkingen betreffende de afstand van instantie is gevorderd, veroordeeld in de kosten.

4       Bijgevolg dient verzoekster in de kosten te worden veroordeeld.

DE PRESIDENT VAN DE TWEEDE KAMER VAN HET GERECHT VAN EERSTE AANLEG

beschikt:

1)      Zaak T-319/04 wordt doorgehaald in het register van het Gerecht.

2)      Verzoekster draagt de kosten.

Luxemburg, 1 juni 2006.

De griffier

 

       De president

E. Coulon

 

       J. Pirrung


* Procestaal: Nederlands.