Language of document :

Beroep ingesteld op 23 februari 2011 - Schutzgemeinschaft Milch und Milcherzeugnisse/Commissie

(Zaak T-113/11)

Procestaal: Duits

Partijen

Verzoekende partij: Schutzgemeinschaft Milch und Milcherzeugnisse eV (Berlijn, Duitsland) (vertegenwoordigers: M. Loschelder en V. Schoene, Rechtsanwälte)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

verordening (EU) nr. 1122/2010 van de Commissie van 2 december 2010 houdende inschrijving van een benaming in het register van beschermde oorsprongsbenamingen en beschermde geografische aanduidingen [Gouda Holland (BGA)] nietig verklaren;

de Commissie verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert verzoekster negen middelen aan.

Eerste middel: schending van de bevoegdheidsverdeling

Met haar eerste middel stelt verzoekster schending van de in verordening (EG) nr. 510/20061 vastgestelde bevoegdheidsverdeling, aangezien de bij de bestreden verordening ingeschreven beschermde geografische aanduiding "Gouda Holland" niet het voorwerp is geweest van een nationale procedure.

Verzoekster stelt dat met de aanvankelijke aanvraag werd verzocht om inschrijving van het begrip "Hollandse Gouda" en dat alleen deze benaming het voorwerp is geweest van de door artikel 5 van verordening nr. 510/2006 dwingend voorgeschreven voorafgaande nationale procedure.

Tweede middel: schending van artikel 3, lid 2, van verordening (EG) nr. 1898/20062

In dat verband stelt verzoekster dat "Gouda Holland" geen uitdrukking in de Nederlandse taal is.

Derde middel: schending van artikel 2, leden 1 en 2, van verordening nr. 510/2006 en van artikel 3, lid 1, van verordening nr. 1898/2006

In het kader van haar derde middel stelt verzoekster dat de ingeschreven naam niet wordt gebruikt.

Vierde middel: schending van artikel 2, lid 2, van verordening nr. 510/2006

Verzoekster stelt dat er sprake is van schending van artikel 2, lid 2, van verordening nr. 510/2006, aangezien "Gouda Holland" geen "traditionele" niet-geografische naam is.

Vijfde middel: schending van artikel 2, lid 1, van verordening nr. 510/2006

In het kader van het vijfde middel wordt schending van artikel 2, lid 1, van verordening nr. 510/2006 aangevoerd, aangezien "Gouda Holland" geen bijzondere kenmerken heeft of een faam geniet.

Zesde middel: schending van de artikelen 30 VWEU en 36 VWEU

Verzoekster voert in dat verband aan dat de bestreden verordening het vrije verkeer van goederen op ongerechtvaardigde wijze beperkt, aangezien de melk van in Nederland gevestigde melkveehouders, die als enige voor "Gouda Holland" mag worden gebruikt, geen specifieke kenmerken heeft.

Zevende middel: schending van artikel 2, leden 1 en 2, van verordening nr. 510/2006

In dat verband stelt verzoekster in het bijzonder dat er sprake is van schending van artikel 2, lid 2, juncto artikel 2, lid 1, van verordening nr. 510/2006, aangezien "Holland", als synoniem van "Nederland", de naam van een land is. Voorts is er geen sprake van een uitzonderingsgeval waarin de naam van een land kan worden ingeschreven.

Achtste middel: schending van artikel 3, lid 3, van verordening nr. 510/2006

Verzoekster stelt in dat verband dat, gelet op de eerdere inschrijving van "Noord-Hollandse Gouda (BOB)", "Gouda Holland" in strijd met de loyale en plaatselijke gebruiken is ingeschreven en gevaar van misleiding creëert.

Negende middel: schending van het evenredigheidsbeginsel en van procedurele beginselen, en beoordelingsfouten

Ten slotte stelt verzoekster dat verweerster in de bestreden verordening niet duidelijk heeft gesteld dat de aanduiding "Gouda" een soortnaam is. Volgens verzoekster was een dergelijke precisering op grond van de rechtspraak van het Hof en de praktijk van de Commissie mogelijk en in het licht van de feiten noodzakelijk. Het ontbreken daarvan druist in tegen het evenredigheidsbeginsel en tegen procedurele beginselen, en vormt een beoordelingsfout.

____________

1 - Verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad van 20 maart 2006 inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen (PB L 93, blz. 12).

2 - Verordening (EG) nr. 1898/2006 van de Commissie van 14 december 2006 houdende uitvoeringsbepalingen van verordening (EG) nr. 510/2006 van de Raad inzake de bescherming van geografische aanduidingen en oorsprongsbenamingen van landbouwproducten en levensmiddelen (PB L 369, blz. 1).