Language of document :

Beroep ingesteld op 25 november 2022 – Rotenberg/Raad

(Zaak T-738/22)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Igor Rotenberg (Moskou, Rusland) (vertegenwoordigers: D. Rovetta, M. Campa, M. Moretto en V. Villante, advocaten)

Verwerende partij: Raad van de Europese Unie

Conclusies

nietigverklaring van besluit (GBVB) 2022/15301 van de Raad van 14 september 2022 tot wijziging van besluit 2014/145/GBVB betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen;

nietigverklaring van uitvoeringsverordening (EU) 2022/15291 van de Raad van 14 september 2022 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 269/2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen;

nietigverklaring van het door de Raad van de Europese Unie bij brief van 16 september 2022 vastgestelde besluit om de verzoekende partij te handhaven op de lijst van personen en entiteiten die onderworpen zijn aan de beperkende maatregelen van besluit 2014/145/GBVB1 van de Raad, zoals gewijzigd bij besluit (GBVB) 2022/1530 van de Raad, en van verordening (EU) nr. 269/20142 van de Raad, zoals uitgevoerd bij uitvoeringsverordening 2022/1529 van de Raad, betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen;

voor zover de verzoekende partij bij deze handelingen is opgenomen op de lijst van personen en entiteiten die onderworpen zijn aan de beperkende maatregelen;

verwijzing van de Raad van de Europese Unie in de kosten van de onderhavige procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij drie middelen aan.

1.    Eerste middel: niet-nakoming van de motiveringsplicht, schending van artikel 296 VWEU en artikel 41, lid 2, onder c), van het Handvest van de grondrechten; schending van het recht op effectieve rechterlijke bescherming en van artikel 47 van het Handvest van de grondrechten.

2.    Tweede middel: kennelijk onjuiste beoordeling, verzuim om bewijs te leveren, schending van de criteria voor opname op de lijst die zijn vermeld in artikel 1, lid 1, onder b) en d), en artikel 2, lid 1, onder d) en f), van besluit 2014/145/GBVB van de Raad van 17 maart 2014 en in artikel 3, lid 1, onder d) en f), van verordening (EU) nr. 269/2014 van de Raad van 17 maart 2014, waarbij dit besluit en deze verordening beide betrekking hebben op beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen.

3.    Derde middel: schending van het evenredigheidsbeginsel en van de grondrechten van de verzoekende partij, schending van de grondrechten van de verzoekende partij op eigendom en vrijheid van ondernemerschap en schending van de artikelen 16 en 17 van het Handvest van de grondrechten.

____________

1 Besluit (GBVB) 2022/1530 van de Raad van 14 september 2022 tot wijziging van besluit 2014/145/GBVB betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB 2022, L 239, blz. 149).

1 Uitvoeringsverordening (EU) 2022/1529 van de Raad van 14 september 2022 tot uitvoering van verordening (EU) nr. 269/2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB 2022, L 239, blz. 1).

1 Besluit 2014/145/GBVB van de Raad van 17 maart 2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB 2014, L 78, blz. 16).

1 Verordening (EU) nr. 269/2014 van de Raad van 17 maart 2014 betreffende beperkende maatregelen met betrekking tot acties die de territoriale integriteit, soevereiniteit en onafhankelijkheid van Oekraïne ondermijnen of bedreigen (PB 2014, L 78, blz. 6).