Arrest van het Gerecht van 6 december 2018 – Vans/EUIPO – Deichmann (V)
(Zaak T-817/16)1
(„Uniemerk – Oppositieprocedure – Aanvraag voor Uniebeeldmerk V – Ouder internationaal beeldmerk V – Bewijs van het bestaan, de geldigheid en de beschermingsomvang van een ouder merk – Regel 19, lid 2, onder a), ii), van verordening (EG) nr. 2868/95 [thans artikel 7, lid 2, onder a), ii), van gedelegeerde verordening (EU) 2018/625] – Relatieve weigeringsgrond – Verwarringsgevaar – Overeenstemmende tekens – Artikel 8, lid 1, onder b), van verordening (EG) nr. 207/2009 [thans artikel 8, lid 1, onder b), van verordening (EU) 2017/1001]”)
Procestaal: Duits
Partijen
Verzoekende partij: Vans, Inc. (Cypress, Californië, Verenigde Staten) (vertegenwoordiger: M. Hirsch, advocaat)
Verwerende partij: Bureau voor intellectuele eigendom van de Europese Unie (vertegenwoordigers: aanvankelijk S. Hanne, vervolgens A. Söder en D. Hanf, gemachtigden)
Andere partij in de procedure voor de kamer van beroep van het EUIPO, interveniërend voor het Gerecht: Deichmann SE (Essen, Duitsland) (vertegenwoordiger: C. Onken, advocaat)
Voorwerp
Beroep tegen de beslissing van de vierde kamer van beroep van het EUIPO van 19 september 2016 (zaak R 2030/2015-4) inzake een oppositieprocedure tussen Deichmann en Vans
Dictum
Het beroep wordt verworpen.
Vans, Inc. wordt verwezen in de kosten.
____________
1 PB C 22 van 23.1.2017.