Beschikking van het Gerecht van 12 mei 2015 – Stichting Woonpunt e.a./Commissie
(Zaak T-203/10 RENV)1
(„Staatssteun – Sociale huisvesting – Steunregeling voor woningcorporaties – Bestaande steun – Besluit tot aanvaarding van de verbintenissen van de lidstaat – Kennelijk ongegrond beroep”)
Procestaal: Nederlands
Partijen
Verzoekende partijen: Stichting Woonpunt (Maastricht, Nederland); Stichting Havensteder, voorheen Stichting Com.wonen (Rotterdam, Nederland); Woningstichting Haag Wonen (Den Haag, Nederland); en Stichting Woonbedrijf SWS.Hhvl (Eindhoven, Nederland) (vertegenwoordigers: aanvankelijk P. Glazener en E. Henny, vervolgens P. Glazener, advocaten)
Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: P.-J. Loewenthal en S. Noë, gemachtigden)
Interveniënt aan de zijde van de verzoekende partijen: Koninkrijk België (vertegenwoordigers: aanvankelijk T. Materne en J.-C. Halleux, vervolgens J.-C. Halleux, gemachtigden)
Interveniënte aan de zijde van de verwerende partij: Vereniging van Institutionele Beleggers in Vastgoed, Nederland (IVBN) (Voorburg, Nederland) (vertegenwoordiger: M. Meulenbelt, advocaat)
Voorwerp
Beroep tot nietigverklaring van besluit C(2009) 9963 definitief van de Commissie van 15 december 2009 inzake de steunmaatregelen nrs. E 2/2005 en N 642/2009 – Nederland – Bestaande steun en bijzondere projectsteun voor woningcorporaties
Dictum
1) Het beroep wordt verworpen.
2) Stichting Woonpunt, Stichting Havensteder, Woningstichting Haag Wonen en Stichting Woonbedrijf SWS.Hhvl dragen hun eigen kosten alsook de kosten van de Europese Commissie.
3) Het Koninkrijk België en Vereniging van Institutionele Beleggers in Vastgoed, Nederland (IVBN), dragen hun eigen kosten.
________________________1 PB C 179 van 3.7.2010.