Language of document :

Beroep ingesteld op 14 september 2010 - Ori Martin / Commissie

(Zaak T-419/10)

Procestaal: Italiaans

Partijen

Verzoekende partij: Ori Martin SA (Luxemburg, Luxemburg) (vertegenwoordiger: P. Ziotti, avvocato)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

beschikking C(2010)4387 definitief betreffende een procedure op grond van artikel 101 VWEU en artikel 53 van de EER-Overeenkomst (zaak COMP/38.344 - Voorspanstaal) nietig verklaren voor zover verzoekster aansprakelijk wordt gesteld voor de inbreuk;

de in artikel 2 van de beschikking opgelegde geldboete nietig verklaren of verminderen.

de Commissie verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

De door verzoekster aangevochten beschikking is dezelfde als die aan de orde in zaak T-385/10, ArcelorMittal France e.a./Commissie.

Volgens verzoekster is beschikking C(2010)4387 van de Europese Commissie van 30 juni 2010 onrechtmatig daar verzoekster aansprakelijk wordt gesteld enkel op grond dat zij de vennootschap waaraan de op basis van artikel 101 VWEU bestrafte collusie wordt verweten, nagenoeg volledig in handen heeft.

Verzoekster voert inzonderheid de volgende argumenten aan:

Schending van artikel 25, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 1/2003, daar de bevoegdheid van de Commissie om geldboeten op te leggen in casu was verstreken.

Schending van artikel 101 VWEU, van het beginsel dat straffen persoonlijk zijn, van het beginsel van goed bestuur en van het non-discriminatiebeginsel, daar de Commissie een objectieve aansprakelijkheid voor de eventueel onrechtmatige gedragingen van de gecontroleerde vennootschap, gebaseerd op een onweerlegbaar vermoeden, dat in werkelijkheid niet vatbaar is voor tegenbewijs, bij verzoekster legt. Deze aan een eigendomsstructuur gekoppelde aansprakelijkheid vindt nergens steun en is in strijd met de in de communautaire rechtspraak vastgelegde beginselen op het gebied van de toepassing van artikel 101 VWEU in het kader van groepen van ondernemingen.

Schending van het beginsel van beperkte aansprakelijkheid van kapitaalvennootschappen, dat kan worden afgeleid uit het vennootschapsrecht dat de lidstaten gemeen hebben en het recht van de Unie zelf.

Ori Martin vordert nietigverklaring althans aanzienlijke vermindering van de opgelegde geldboete.

____________