Language of document :

Verzoek om een prejudiciële beslissing, ingediend door het Landesverwaltungsgericht Tirol (Oostenrijk) op 23 november 2023 – Benediktinerabtei Ettal

(Zaak C-714/23, Benediktinerabtei Ettal)

Procestaal: Duits

Verwijzende rechter

Landesverwaltungsgericht Tirol

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: Benediktinerabtei Ettal

Verwerende autoriteit: Bezirkshauptmannschaft Innsbruck

Interveniënt: Benediktinerinnenkloster St. Nikolaus von Flüe

Prejudiciële vragen

1.     Moet artikel 63 VWEU aldus worden uitgelegd dat het in de weg staat aan een nationale bepaling als § 6, lid 3, van het Tiroler Grundverkehrsgesetz (Tiroolse wet op de grondoverdracht uit 1996; TVGV 1996)1 , waarin is bepaald dat de verkrijging van rechten op landbouwgrond door een landbouwer in de zin van § 2, lid 5, onder a), door de autoriteit die bevoegd is voor de overdracht van gronden, alleen wordt toegestaan wanneer de rechtsverkrijging niet in strijd is met de beginselen van § 1, lid 1, onder a), en de verkrijger van de rechten aannemelijk maakt dat hij de landbouwgrond in het kader van zijn bedrijf duurzaam en naar behoren mede bewerkt?

2.     Indien deze vraag bevestigend wordt beantwoord: Is er sprake van een objectief vergelijkbare situatie tussen enerzijds een landbouwer van wie het landbouwbedrijf in de geografische nabijheid van de te verkrijgen grond gelegen is en die voornemens is deze grond mede te bewerken als onderdeel van zijn bedrijf, en anderzijds een landbouwer van wie het landbouwbedrijf niet in de (bedrijfseconomisch te rechtvaardigen) geografische nabijheid van de te verkrijgen grond gelegen is en die ook niet voornemens is deze grond als onderdeel van zijn bedrijf mede te bewerken om aldus bij te dragen aan het levensonderhoud van zijn bedrijf, maar in de plaats daarvan de grond krachtens een pachtovereenkomst of voor onbepaalde tijd krachtens een overeenkomst van bezetting ter bede ter beschikking stelt van plaatselijke landbouwers voor de bewerking?

2.a     Indien deze vraag bevestigend wordt beantwoord: Kan de beperking van het vrije verkeer van kapitaal worden gerechtvaardigd door het feit dat productieve land- en bosbouwbedrijven opgericht, in stand gehouden of uitgebreid worden, aangezien de §§ 6, 7 en 7a TGVG 1996 tot doel hebben ervoor te zorgen dat landbouwers landbouwgrond duurzaam en doelmatig bewerken in het kader van hun bedrijf, teneinde landbouwbedrijven uit te breiden alsook versnippering en oneigenlijk gebruik van landbouwgrond te voorkomen?

____________

1     Tiroler Grundverkehrsgesetz 1996, LGBI. nr. 59/1997, laatstelijk gewijzigd bij LGBI. nr. 204/2021.