Beroep ingesteld op 20 augustus 2010 - UPS Europe en United Parcel Service Deutschland / Commissie
(Zaak T-344/10)
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partijen: UPS Europe NV/SA (Brussel, België) en United Parcel Service Deutschland Inc. & Co. OHG (Neuss, Duitsland) (vertegenwoordigers: T.R. Ottervanger en E.V.A. Henny, advocaten)
Verwerende partij: Europese Commissie
Conclusies
krachtens artikel 265 VWEU vaststellen dat de Commissie heeft nagelaten haar standpunt te bepalen in zaak C 36/07 (ex NN 25/07) - Deutschland/Deutsche Post; en
verwerende partij verwijzen in de kosten die verzoeksters in de procedure zullen opkomen.
Middelen en voornaamste argumenten
Het beroep van verzoeksters is erop gericht, krachtens artikel 265 VWEU te doen vaststellen dat de Commissie heeft nagelaten haar standpunt te bepalen in zaak C 36/07 (ex NN 25/07) - Deutschland/Deutsche Post (PB 2007, C 245, blz. 21).
Ter ondersteuning van hun beroep stellen verzoeksters dat de Commissie de artikelen 7 en 13 van verordening (EG) nr. 659/1999
1 heeft geschonden door niet binnen een redelijke termijn haar standpunt te bepalen in bovengenoemde onderzoeksprocedure.
Bovendien heeft de Commissie ook het beginsel van behoorlijk bestuur en het rechtszekerheidsbeginsel geschonden door niet binnen een redelijke termijn haar standpunt te bepalen. Volgens verzoeksters had het beginsel van behoorlijk bestuur in acht moeten worden genomen omdat het een van de algemene beginselen is die de constitutionele tradities van de lidstaten gemeen hebben. Bovendien komt dit beginsel duidelijk tot uiting in artikel 41, lid 1, van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (PB 2010, C 83, blz. 389).
____________1 - Verordening (EG) nr. 659/1999 van de Raad van 22 maart 1999 tot vaststelling van nadere bepalingen voor de toepassing van artikel 93 van het EG-Verdrag (PB 1999, L 83, blz. 1).