Arrest van het Gerecht van 17 april 2024 – Föreningen Svenskt Landskapsskydd/Commissie
(Zaak T-346/22)1
[„Milieu - Geïntegreerd energie- en klimaatplan van Zweden voor de periode 2021-2030 - Verzoek tot interne herziening - Artikel 10, lid 1, van verordening (EG) nr. 1367/2006 - Afwijzing van het verzoek - Beroep tot nietigverklaring - Beoordelingsfout - Beroep wegens nalaten - Geen uitnodiging tot handelen - Niet-ontvankelijkheid”]
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partij: Föreningen Svenskt Landskapsskydd (Koler, Zweden) (vertegenwoordiger: G. Byrne, barrister)
Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: B. De Meester en G. Gattinara, gemachtigden)
Interveniënten aan de zijde van verwerende partij: Europees Parlement (vertegenwoordigers: O. Denkov en J. Etienne, gemachtigden), Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: L. Vétillard en J. Himmanen, gemachtigden)
Voorwerp
Met haar beroep vordert verzoekster primair, op basis van artikel 263 VWEU, nietigverklaring van het bij brief van 1 april 2022 meegedeelde besluit van de Europese Commissie tot afwijzing van het door haar op 15 december 2021 ingediende verzoek om interne herziening en, subsidiair, op basis van artikel 265 VWEU, vaststelling dat de Commissie onrechtmatig heeft nagelaten te handelen overeenkomstig het voorwerp van haar verzoek van 13 december 2021 betreffende het geïntegreerd nationaal energie- en klimaatplan van het Koninkrijk Zweden voor de periode 2021-2030.
Dictum
Het beroep wordt verworpen.
Föreningen Svenskt Landskapsskydd wordt verwezen in haar eigen kosten alsook in de kosten van de Europese Commissie.
Het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie dragen hun eigen kosten.
____________
1 PB C 311 van 16.8.2022.