Language of document :

Arrest van het Hof (Eerste kamer) van 30 september 2020 (verzoek om een prejudiciële beslissing ingediend door de cour du travail de Liège - België) – LM/Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn van Seraing

(Zaak C-402/19)1

(Prejudiciële verwijzing – Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht – Richtlijn 2008/115/EG – Terugkeer van illegaal verblijvende derdelanders – Ouder van een meerderjarig kind dat aan een ernstige ziekte lijdt – Terugkeerbesluit – Beroep in rechte – Schorsende werking van rechtswege – Waarborgen in afwachting van terugkeer – Elementaire levensbehoeften – Artikelen 7, 19 en 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie)

Procestaal: Frans

Verwijzende rechter

Cour du travail de Liège

Partijen in het hoofdgeding

Verzoekende partij: LM

Verwerende partij: Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn van Seraing

Dictum

De artikelen 5, 13 en 14 van richtlijn 2008/115/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 2008 over gemeenschappelijke normen en procedures in de lidstaten voor de terugkeer van onderdanen van derde landen die illegaal op hun grondgebied verblijven, gelezen in het licht van artikel 7, artikel 19, lid 2, en de artikelen 21 en 47 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, moeten aldus worden uitgelegd dat zij zich verzetten tegen een nationale wettelijke regeling die niet bepaalt dat er in de mate van het mogelijke wordt voorzien in de elementaire levensbehoeften van een derdelander, wanneer:

deze derdelander beroep heeft ingesteld tegen een jegens hem genomen terugkeerbesluit;

het meerderjarige kind van deze derdelander aan een ernstige ziekte lijdt;

de aanwezigheid van die derdelander bij dit meerderjarige kind onmisbaar is;

er namens dat meerderjarige kind beroep is ingesteld tegen een jegens hem genomen terugkeerbesluit, waarvan de uitvoering voor dat kind een ernstig risico inhoudt dat zijn gezondheidstoestand op ernstige en onomkeerbare wijze verslechtert, en

die derdelander niet over de middelen beschikt om in zijn eigen onderhoud te voorzien.

____________

1 PB C 255 van 29.7.2019.