Language of document : ECLI:EU:T:2014:622





Arrest van het Gerecht (Negende kamer) van 9 juli 2014 – Al-Tabbaa/Raad

(Gevoegde zaken T‑329/12 en T‑74/13)

„Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid – Beperkende maatregelen tegen Syrië – Bevriezing van tegoeden en economische middelen ‒ In- en doorreisbeperking op het grondgebied van de Unie ‒ Rechten van verdediging ‒ Recht op doeltreffend rechtsmiddel ‒ Motiveringsplicht ‒ Onjuiste beoordeling”

1.                     Gerechtelijke procedure – Besluit dat of verordening die in de loop van het geding de bestreden handeling vervangt – Nieuw gegeven – Verruiming van de aanvankelijke conclusies en middelen (Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 48, lid 2) (cf. punt 54)

2.                     Beroep tot nietigverklaring – Termijnen – Regels van openbare orde – Ambtshalve onderzoek door de Unierechter (Art. 263, zesde alinea, VWEU; Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 102) (cf. punt 55)

3.                     Europese Unie – Rechterlijk toezicht op de rechtmatigheid van de handelingen van de instellingen – Beperkende maatregelen tegen Syrië – In- en doorreisbeperking en bevriezing van de tegoeden van bepaalde personen en entiteiten die verantwoordelijk zijn voor de gewelddadige repressie tegen de burgerbevolking – Omvang van het toezicht (Art. 263 VWEU; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 47; uitvoeringsverordening nr. 410/2012 van de Raad; uitvoeringsbesluit 2012/256/GBVB van de Raad) (cf. punten 76‑87)

Voorwerp

Verzoek tot nietigverklaring van handelingen van de Raad houdende beperkende maatregelen ten aanzien van verzoeker, te weten, aanvankelijk, uitvoeringsbesluit 2012/256/GBVB van de Raad van 14 mei 2012 tot uitvoering van besluit 2011/782/GBVB betreffende beperkende maatregelen tegen Syrië (PB L 126, blz. 9) en uitvoeringsverordening (EU) nr. 410/2012 van de Raad van 14 mei 2012 houdende uitvoering van artikel 32, lid 1, van verordening (EU) nr. 36/2012 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië (PB L 126, blz. 3)

Dictum

1)

Uitvoeringsbesluit 2012/256/GBVB van de Raad van 14 mei 2012 tot uitvoering van besluit 2011/782/GBVB van de Raad betreffende beperkende maatregelen tegen Syrië en uitvoeringsverordening (EU) nr. 410/2012 van de Raad van 14 mei 2012 houdende uitvoering van artikel 32, lid 1, van verordening (EU) nr. 36/2012 betreffende beperkende maatregelen in het licht van de situatie in Syrië, worden nietig verklaard, voor zover zij Mazen Al-Tabbaa betreffen.

2)

Besluit 2012/739/GBVB van de Raad van 29 november 2012 betreffende beperkende maatregelen tegen Syrië en houdende intrekking van besluit 2011/782, en uitvoeringsverordening (EU) nr. 1117/2012 van de Raad van 29 november 2012 tot uitvoering van artikel 32, lid 1, van verordening nr. 36/2012, worden nietig verklaard, voor zover zij Al-Tabbaa betreffen.

3)

Uitvoeringsverordening (EU) nr. 363/2013 van de Raad van 22 april 2013 houdende uitvoering van verordening nr. 36/2012, en uitvoeringsbesluit 2013/185/GBVB van de Raad van 22 april 2013 houdende uitvoering van besluit 2012/739 worden nietig verklaard, voor zover zij Al-Tabbaa betreffen.

4)

Besluit 2013/255/GBVB van de Raad van 31 mei 2013 betreffende beperkende maatregelen tegen Syrië wordt nietig verklaard, voor zover het Al-Tabbaa betreft.

5)

De gevolgen van besluit 2013/255 worden gehandhaafd ten aanzien van Al-Tabbaa totdat de gedeeltelijke nietigverklaring van uitvoeringsverordening nr. 363/2013 houdende uitvoering van verordening nr. 36/2012 effect sorteert.

6)

Op het beroep in zaak T‑74/13 behoeft niet meer te worden beslist.

7)

De Raad van de Europese Unie draagt zijn eigen kosten alsmede die van verzoeker in zaak T‑329/12 en drie vierde van de kosten van verzoeker in zaak T‑74/13.

8)

Verzoeker draagt een vierde van zijn eigen kosten in zaak T‑74/13.