Language of document :

Hogere voorziening ingesteld op 13 november 2008 door Paul Lafili tegen het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 4 september 2008 in zaak F-22/07, Lafili / Commissie

(Zaak T-485/08 P)

Procestaal: Frans

Partijen

Rekwirant: Paul Lafili (Genk, België) (vertegenwoordiger: L. Levi, advocaat)

Andere partij bij de procedure: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

vernietiging van het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van de EU van 4 september 2008 in zaak F-22/07, voor zover daarbij de middelen ontleend aan schending van de artikelen 44 en 46 van het Statuut en artikel 7 van bijlage XIII bij het Statuut alsmede aan schending van het beginsel van gewettigd vertrouwen zijn afgewezen;

dientengevolge, toewijzing van rekwirants vorderingen in eerste aanleg en, derhalve,

    nietigverklaring van het besluit om rekwirant in te delen in de rang AD 13, salaristrap 5, vervat in een nota van het DG ADMIN van 11 mei 2006 alsmede in rekwirants salarisafrekening van juni 2006 en in zijn volgende salarisafrekeningen;

    derhalve:

terugplaatsing, met ingang van 1 mei 2006, van rekwirant in de rang AD 13, salaristrap 2, met behoud van de vermenigvuldigingsfactor 1,1172071

volledige reconstructie van rekwirants loopbaan met terugwerkende kracht vanaf 1 mei 2006 tot de datum van zijn aldus gecorrigeerde indeling in rang en salaristrap (daaronder begrepen de waardering van zijn ervaring in de aldus gecorrigeerde rang, zijn rechten op plaatsing in een hogere salaristrap en zijn pensioenrechten), met inbegrip van vertragingsrente op basis van de rentevoet die de Europese Centrale Bank voor de betrokken periode voor de basisherfinancieringsacties heeft vastgesteld, vermeerderd met twee punten, over alle bedragen bestaande in het verschil tussen de bezoldiging die overeenkomt met zijn indeling in het indelingsbesluit en de indeling waarop hij recht had gehad, tot de dag van het besluit waarbij hij volgens de regels in rang wordt ingedeeld;

    verwijzing van de Commissie in alle kosten.

verwijzing van de verwerende partij in alle kosten van de procedure in eerste aanleg en de hogere voorziening.

Middelen en voornaamste argumenten

Met zijn hogere voorziening verzoekt rekwirant om vernietiging van het arrest van het Gerecht voor ambtenarenzaken van 4 september 2008, Lafili/Commissie, F-22/07, waarbij het Gerecht nietig heeft verklaard het op 11 mei 2006 gedateerde besluit van het hoofd van de eenheid A 6 "Loopbaanstructuur, beoordeling en bevordering" van het directoraat-generaal "Personeelszaken en administratie" van de Commissie van de Europese Gemeenschappen, voor zover het bestreden arrest de middelen afwijst die rekwirant heeft ontleend aan schending van de artikelen 44 en 46 van het Statuut van de ambtenaren van de Europese Gemeenschappen (hierna: "Statuut") en van artikel 7 van bijlage XIII bij het Statuut alsmede aan schending van het beginsel van gewettigd vertrouwen.

Tot staving van zijn hogere voorziening voert hij één middel aan, ontleend aan schending, in eerste aanleg, van de artikelen 44 en 46 van het Statuut, van artikel 7 van bijlage XIII bij het Statuut, schending van de uitleggingsregels van het gemeenschapsrecht en van de motiveringsplicht alsmede verkeerde opvatting van het bewijsmateriaal.

____________