Language of document :

Mededeling in het PB

 

Beschikking van de president van het Gerecht van eerste aanleg van 8 augustus 2002 in zaak T-155/02 R: VVG International Handelsgesellschaft mbH en anderen tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen

[Procedure in kort geding ( Verordening (EG) nr. 560/2002 ( Ontvankelijkheid van beroep in hoofdzaak]

    (Procestaal: Duits)

In zaak T-155/02 R, VVG International Handelsgesellschaft mbH, gevestigd te Salzburg (Oostenrijk), VVG (International) Ltd, gevestigd te Europort Gibraltar (Gibraltar), Metalsivas Metallwarenhandelsgesellschaft mbH, gevestigd te Wenen, vertegenwoordigd door W. Schuler, advocaat, tegen Commissie van de Europese Gemeenschappen (gemachtigden: G. zur Hausen en B. Eggers), betreffende een verzoek om opschorting van de tenuitvoerlegging van verordening (EG) nr. 560/2002 van de Commissie van 27 maart 2002 tot instelling van voorlopige vrijwaringsmaatregelen ten aanzien van de invoer van bepaalde ijzer- en staalproducten (PB L 85, blz. 1) alsmede een verzoek om andere voorlopige maatregelen waarbij verzoeksters wordt toegestaan bovenop het tariefcontingent 95 129 ton warmgewalste platte producten van productnummer 4 van die verordening met vrijstelling van aanvullende rechten in de Gemeenschap in te voeren, heeft de president van het Gerecht, op 8 augustus 2002 een beschikking gegeven waarvan het dictum luidt als volgt:

1)Het verzoek in kort geding wordt afgewezen.

2)De beslissing omtrent de kosten wordt aangehouden.

C

____________