Language of document : ECLI:EU:T:2014:29





Arrest van het Gerecht (Vierde kamer) van 23 januari 2014 – Novartis/BHIM (CARE TO CARE)

(Zaak T‑68/13)

„Gemeenschapsmerk – Aanvraag voor gemeenschapswoordmerk CARE TO CARE – Absolute weigeringsgrond – Geen onderscheidend vermogen – Artikel 7, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 207/2009”

1.                     Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van het gemeenschapsmerk – Absolute weigeringsgronden – Merken zonder onderscheidend vermogen – Beoordeling van het onderscheidend vermogen – Criteria (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 7, lid 1, sub b) (cf. punten 12‑14)

2.                     Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van het gemeenschapsmerk – Absolute weigeringsgronden – Merken zonder onderscheidend vermogen – Merken die bestaan in reclameslogans – Onderscheidend vermogen – Merken bestaande uit reclameslogans – Ontoelaatbaarheid (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 7, lid 1, sub b) (cf. punten 15‑18)

3.                     Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van het gemeenschapsmerk – Absolute weigeringsgronden – Merken zonder onderscheidend vermogen – Woordmerk CARE TO CARE (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 7, lid 1, sub b) (cf. punten 23, 35‑43)

4.                     Gemeenschapsmerk – Procedurevoorschriften – Motivering van de beslissingen – Artikel 75, eerste volzin, van verordening nr. 207/2009 – Dezelfde draagwijdte als artikel 269 VWEU (Art. 296 VWEU; verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 75, eerste volzin) (cf. punten 27, 28)

Voorwerp

Beroep tegen de beslissing van de eerste kamer van beroep van het BHIM van 29 november 2012 (zaak R 953/2012‑1) inzake een aanvraag tot inschrijving van het woordteken CARE TO CARE als gemeenschapsmerk

Dictum

1)

Het beroep wordt verworpen.

2)

Novartis AG wordt verwezen in de kosten.