Language of document :

Beroep ingesteld op 24 maart 2014 – Deza / ECHA

(Zaak T-189/14)

Procestaal: Tsjechisch

Partijen

Verzoekende partij: Deza, a.s. (Valašské Meziříčí, Tsjechië) (vertegenwoordiger: P. Dejl, advocaat)

Verwerende partij: Europees Agentschap voor chemische stoffen

van de verw

erende partij in de kosten.Middelen en voornaamste argumentenTer ondersteuning van haar beroep voert de verzoekende partij vier middelen aan.Eerste middel: schending van artikel 4, lid 2, van verordening (EG) nr. 1049/2001 juncto

artikel 118 van verordening (EG) nr. 1907/2006 en

schending van het recht op bescher

ming van rechtmatige commerciële belangen en van intellectuele eigendom.In dat v

erband betoogt de verzoekende partij dat het bestreden besluit in strijd is met artikel 4, lid 2, van verordening nr. 1049/2001 juncto artikel 118 van verordening nr. 1907/2006, aangezien de openbaarmaking van de betrokken informatie aan een derde

zou leiden tot ondermijning van de bescherming van hun commerciële belangen en van intellectuele-eigendomsrechten, er geen hoger openbaar belang is dat de openbaarmaking van de betrokken informatie gebiedt, en de verwerende partij in haar besluit niet eens heeft verklaard dat er een openbaar belang is dat voorrang heeft boven de noodzaak om die rechten van de verzoekende partij te beschermen.Tweede middel: schending van de verbintenissen die voor de Europese Unie voortvloeien uit de TRIPS-Overeenkomst en daarmee verband houdende aantasting van het recht op bescherming van vertrouwelijke informatie.De verzoekende partij betoogt dienaangaande

dat het bestreden besluit in strijd is met de internationale verplichtingen welke voor de Europese Unie voortvloeien uit artikel 39, lid 2, van de TRIPS-Overeenkomst, volgens hetwelk de partijen bij de Overeenkom

st dienen te verzekeren dat natuurlijke personen en rechtspersonen de mogelijkheid hebben te beletten dat informatie waarover zij rechtmatig beschikken zonder hun toestemming wordt openbaar gemaakt aan, verworven door of gebruikt door anderen op een wijze die strijdig is met eerlijke handelsgebruiken, zolang deze informatie: a) geheim is in de zin dat zij, globaal dan wel in de juiste samenstelling en ordening van de bestanddelen, niet algemeen bekend is bij of gemakkelijk toegankelijk voor personen binnen de kringen die zich gewoonlijk bezighouden met de desbetreffende soort informatie; b) handelswaarde bezit omdat zij geheim is, en c) is onderworpen aan, gezien de omstandigheden, redelijke maatregelen door de persoon die rechtmatig over de informatie beschikt, om deze geheim te houden.Derde middel: schending van de verbintenissen die voor de Europese Unie voortvloeien uit artikel 8 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden en schending van artikel 17 van het Handvest van de grondrec

hten van de Europese Unie en daarmee verband houdende aantasting van het eigendomsrecht en de bescherming daarvan.In dat verband wordt aangevoerd dat het bestreden besluit inbreuk maakt op artikel 8 van het Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden, artikel 1 van het Aanvullend Protocol bij dat Verdrag en artikel 17 van h

et Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, aangezien het het recht van de verzoekende partij op ongestoord genot van eigendom beperkt.Vierde middel: schending van artikel 4, lid 3, van verordening nr. 1049/2001.Volgens verzoekster maakt het bestreden besluit inbreuk op artikel 4, lid 3, van verordening nr. 1049/2001, aangezien de openbaarmaking van de betrokken informatie het besluitvor

mingsproces van de Europese Commissie en van de verwerende partij ter zake van

de aanvraag om de betrokken stof te gebruiken, ernstig zou ondermijnen, er geen hoger openbaar belang is dat de openbaarmaking van de betrokken informatie gebiedt, en de verwerende partij in haar besluit niet eens heeft verklaard dat er een openbaar belang is dat voorrang heeft boven de noodzaak om die rechten van de verzoekende partij te beschermen.

____________

____________

1 Verordening (EG) nr. 1049/2001 van het Europees Parlement en de Raad van 30 mei 2001 inzake de toegang van het publiek tot documenten van het Europees Parlement, de Raad en de Commissie (PB L 145, blz. 43). Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europe

es Parlement en de Raad van 18 december 2006 inzake de registratie en beoordeling van en de autorisatie en beperkingen ten aanzien van chemische stoffen (REACH), tot oprichting van een Europees Agentschap voor