Arrest van het Gerecht (Vijfde kamer) van 4 oktober 2012 – Griekenland/Commissie

(Zaak T‑215/10)

„EOGFL – Afdeling Garantie – Van gemeenschapsfinanciering uitgesloten uitgaven – Katoen – Hulp aan meest behoeftige personen – Plattelandsontwikkeling – Doeltreffendheid van controles – Evenredigheid”

1.                     Landbouw – EOGFL – Toekenning van steun en premies – Verplichting van lidstaten om doelmatig stelsel van administratieve controles en inspecties ter plaatse op te zetten – Omvang – Niet-betrouwbare controles – Weigering om uitgaven ten laste van het Fonds te brengen (Verordeningen van de Raad nr. 1258/1999, art. 8, lid 1, en nr. 1782/2003, zoals gewijzigd bij verordening nr. 796/2004, art. 18 en 20) (cf. punten 30, 137, 138, 153)

2.                     Landbouw – EOGFL – Goedkeuring van rekeningen – Weigering uitgaven ten laste te nemen, die gevolg zijn van onregelmatigheden in toepassing van Unievoorschriften – Betwisting door betrokken lidstaat – Bewijslast – Verdeling onder de Commissie en lidstaat (Verordening nr. 1258/1999 van de Raad, art. 7, lid 4) (cf. punt 31)

3.                     Handelingen van de instellingen – Verordeningen – Verordening die specifieke controlemaatregelen voorschrijft – Ontbreken van beoordelingsbevoegdheid van lidstaten – Niet-uitvoering – Rechtvaardiging – Grotere doeltreffendheid van ander controlesysteem – Toepassingsmoeilijkheden – Ontoelaatbaarheid (Verordening nr. 1258/1999 van de Raad, art. 8) (cf. punten 41, 156‑158)

4.                     Handelingen van de instellingen – Motivering – Verplichting – Omvang – Beschikking betreffende goedkeuring van rekeningen van door EOGFL gefinancierde uitgaven (Art. 296 VWEU) (cf. punten 51‑54, 154, 155)

5.                     Landbouw – Gemeenschappelijk landbouwbeleid – Financiering door EOGFL – Beginselen – Weigering uitgaven ten laste te nemen, die gevolg zijn van onregelmatigheden in toepassing van Unievoorschriften – Financiële correctie – Voorwaarden – Bestaan van aanzienlijke tekortkoming waardoor EOGFL reëel risico op verlies loopt (Verordening nr. 1258/1999 van de Raad, art. 7, lid 4) (cf. punten 75, 76, 80‑83)

6.                     Recht van de Europese Unie – Beginselen – Rechten van verdediging – Eerbiediging bij mededeling van resultaten van verificaties die zijn verricht in kader van beheer van EOGFL – Draagwijdte (Verordening nr. 1663/95 van de Commissie, art. 8, lid 1) (cf. punten 104‑108, 131‑134)

7.                     Landbouw – EOGFL – Goedkeuring van rekeningen – Totstandkoming van besluiten – Schriftelijke mededeling door de Commissie aan lidstaten van resultaten van haar inspecties – Inhoud – Voorwaarden – Niet-eerbiediging – Gevolg (Verordeningen van de Raad nr. 729/70, art. 5, lid 2, sub c, vijfde alinea, en nr. 1258/1999, art. 7, lid 4, vijfde alinea; verordening nr. 1663/95 van de Commissie, art. 8, lid 1) (cf. punten 115‑119)

8.                     Recht van de Europese Unie – Beginselen – Bescherming van gewettigd vertrouwen – Voorwaarden – Nauwkeurige toezeggingen van administratie (cf. punten 179, 185)

9.                     Landbouw – Gemeenschappelijk landbouwbeleid – Financiering door EOGFL – Beginselen – Verplichting van de Commissie, te weigeren onregelmatige uitgaven ten laste te nemen – Verstrijken van daartoe in verordening gestelde termijnen – Afwijking van deze verplichting op grond van rechtszekerheidsbeginsel – Daarvan uitgesloten (Verordening nr. 3149/92 van de Commissie, zoals gewijzigd bij verordening nr. 1098/2001) (cf. punt 186)

10.                     Beroep tot nietigverklaring – Middelen – Misbruik van bevoegdheid – Begrip – Beschikking betreffende goedkeuring van rekeningen van door EOGFL gefinancierde uitgaven (cf. punten 187, 188)

11.                     Recht van de Europese Unie – Beginselen – Evenredigheid – Draagwijdte – Algehele intrekking van door EOGFL toegekende financiële bijstand – Toelaatbaarheid – Voorwaarden (cf. punten 193, 194, 214)

Voorwerp

Verzoek tot nietigverklaring van besluit 2010/152/EU van de Commissie van 11 maart 2010 houdende onttrekking aan financiering door de Europese Unie van bepaalde uitgaven die de lidstaten in het kader van het Europees Oriëntatie‑ en Garantiefonds voor de landbouw (EOGFL), afdeling Garantie, in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en in het kader van het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo), hebben verricht (PB L 63, blz. 7), voor zover daarbij bepaalde uitgaven van de Helleense Republiek zijn uitgesloten

Dictum

1) Het beroep wordt verworpen.

2) De Helleense Republiek wordt verwezen in de kosten.