Beschikking van het Hof (Tiende kamer) van 13 november 2019 (verzoeken om een prejudiciële beslissing ingediend door het Bundesverwaltungsgericht - Duitsland) – Bondsrepubliek Duitsland/Adel Hamed (C-540/17), Amar Omar (C-541/17)
(Gevoegde zaken C-540/17 en C-541/17)1
[Prejudiciële verwijzing – Artikel 99 van het Reglement voor de procesvoering van het Hof – Ruimte van vrijheid, veiligheid en recht – Gemeenschappelijke procedures voor de toekenning en intrekking van de internationale bescherming – Richtlijn 2013/29/EU – Artikel 33, lid 2, onder a) – Afwijzing door de autoriteiten van een lidstaat van een asielverzoek als niet-ontvankelijk op grond van het feit dat de vluchtelingenstatus eerder in een andere lidstaat is toegekend – Artikel 4 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie – Reëel en bewezen risico van onmenselijke of vernederende behandeling – Levensomstandigheden van de personen met een vluchtelingenstatus in die andere lidstaat]
Procestaal: Duits
Verwijzende rechter
Bundesverwaltungsgericht
Partijen in het hoofdgeding
Verzoekende partij: Bondsrepubliek Duitsland
Verwerende partijen: Adel Hamed (C-540/17), Amar Omar (C-541/17)
Dictum
Artikel 33, lid 2, onder a), van de richtlijn 2013/32/EU van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 betreffende gemeenschappelijke procedures voor de toekenning en intrekking van de internationale bescherming, moet aldus worden uitgelegd dat het er zich tegen verzet dat een lidstaat gebruikmaakt van de door deze bepaling geboden mogelijkheid om een verzoek om internationale bescherming niet-ontvankelijk te verklaren op grond van het feit dat de verzoeker reeds door een andere lidstaat de vluchtelingenstatus is toegekend, hoewel de te verwachten levensomstandigheden waarmee de verzoeker als persoon met een vluchtelingenstatus in die andere lidstaat geconfronteerd zou worden, hem zou blootstellen aan een ernstig risico van onmenselijke of vernederende behandeling in de zin van artikel 4 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie.
____________
1 PB C 402 van 27.11.2017.