Language of document :

Mededeling in het PB

 

Beroep, op 3 januari 2002 ingesteld door Robert Polinsky tegen Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen

    (Zaak T-1/02)

    (Procestaal: Frans)

Bij het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschappen is op 3 januari 2002 beroep tegen Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen ingesteld door Robert Polinsky, wonende te Thionville (Frankrijk), vertegenwoordigd door J.-R. Iturriagagoitia, advocaat.

Verzoeker concludeert dat het het Gerecht behage:

( het besluit van het Hof van Justitie van 25 september 2001 nietig te verklaren;

( verweerder te veroordelen verzoeker ter vergoeding van de schade die deze heeft geleden en in de toekomst zal lijden, een bedrag te betalen dat onder alle voorbehoud op 350 000 EUR is bepaald en dient te worden vermeerderd met moratoire interessen op de voet van 10 % per jaar vanaf 7 oktober 1999 tot op de datum van betaling;

( verweerder te verwijzen in de kosten.

Middelen en voornaamste argumenten

Verzoeker lijdt aan een beroepsziekte die het gevolg is van zijn werkzaamheden in het gebouw van het Hof van Justitie, dat asbest bevat.

Volgens verzoeker haalt het Hof van Justitie twee categorieën schade, namelijk schade in de zin van artikel 288 EG en schade in de zin van artikel 73 van het Statuut, door elkaar. Verzoeker vraagt niet dat op grond van artikel 73 van het Statuut wordt vastgesteld dat zijn gezondheidstoestand is verslechterd, maar vordert op grond van artikel 288 EG vergoeding van de morele schade die hij ten gevolge van zijn ziekte heeft geleden. Dit is geen medische en evenmin een economische schade.

Hij stelt dat hij voldoet aan alle voorwaarden voor toekenning van een dergelijke schadevergoeding. Hij heeft daadwerkelijk schade geleden doordat zijn ziekte zijn gezinsleven en zijn sociale contacten heeft verstoord. Verder is er een causaal verband tussen de geleden schade en de aan de instelling verweten handeling; het Hof van Justitie heeft namelijk nagelaten passende beschermende maatregelen te treffen. Ten slotte gaat het om abnormale en bijzondere schade.

C

____________