Arrest van het Gerecht van 9 september 2011 - Deutsche Bahn/BHIM - DSB (IC4)
["Gemeenschapsmerk - Oppositieprocedure - Aanvraag voor gemeenschapswoordmerk IC4 - Ouder gemeenschapswoordmerk ICE en ouder nationaal beeldmerk IC - Criteria ter beoordeling van gevaar voor verwarring -
Relatieve weigeringsgronden - Gelijksoortige diensten - Overeenstemmende tekens - Onderscheidend vermogen van oudere merk - Gevaar voor verwarring
- Artikel 8, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 207/2009"]
Procestaal: Engels
Partijen
Verzoekende partij: Deutsche Bahn AG (Berlijn, Duitsland) (vertegenwoordiger: E Haag, advocaat)
Verwerende partij: Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (vertegenwoordiger: S. Schäffner, gemachtigde)
Andere partij in de procedure voor de kamer van beroep van het BHIM, interveniërend voor het Gerecht: DSB (Kopenhagen, Denemarken) (vertegenwoordiger: T. Swanstrøm, advocaat)
Voorwerp
Beroep tegen de beslissing van de eerste kamer van beroep van het BHIM van 30 april 2009 (zaak R 1380/2007-1) inzake een oppositieprocedure tussen Deutsche Bahn AG en DSB
Dictum
De beslissing van de eerste kamer van beroep van het Bureau voor harmonisatie binnen de interne markt (merken, tekeningen en modellen) (BHIM) van 30 april 2009 (zaak R 1380/2007-1) en de beslissing van de oppositieafdeling van 26 juli 2007 worden vernietigd.
Het BHIM wordt verwezen in verzoeksters kosten van zowel de onderhavige procedure als de procedure voor de kamer van beroep.
Het BHIM en DSB dragen hun eigen kosten.
____________1 - PB C 220 van 12.9.2009.