Language of document : ECLI:EU:T:2012:490





Arrest van het Gerecht (Zesde kamer) van 27 september 2012 – Heijmans/Commissie

(Zaak T‑360/06)

„Mededinging – Mededingingsregelingen – Nederlandse markt van wegenbouwbitumen – Beschikking houdende vaststelling van inbreuk op artikel 81 EG – Aansprakelijkstelling voor inbreukmakend gedrag”

1.                     Gerechtelijke procedure – Inleidend verzoekschrift – Vormvereisten – Summiere uiteenzetting van aangevoerde middelen – Vergelijkbare vereisten voor ter ondersteuning van middel aangevoerde argumenten – Grieven niet uiteengezet in verzoekschrift – Algemene verwijzing naar andere geschriften die bij verzoekschrift zijn gevoegd – Niet-ontvankelijkheid – Verwijzing naar inleidend verzoekschrift door andere verzoeker – Niet-ontvankelijkheid (Reglement voor de procesvoering van het Gerecht, art. 44, lid 1, sub c, en 48, lid 2) (cf. punten 21‑26)

2.                     Mededinging – Regels van de Unie – Inbreuken – Toerekening – Moedermaatschappij en dochterondernemingen – Economische eenheid – Beoordelingscriteria – Vermoeden dat moedermaatschappij beslissende invloed uitoefent op haar 100 %-dochterondernemingen – Verplichting inzake bewijsvoering voor vennootschap die dit vermoeden wil omkeren (Art. 81 EG en 82 EG; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 2) (cf. punten 38‑42, 73)

3.                     Mededinging – Regels van de Unie – Inbreuken – Toerekening – Moedermaatschappij en dochterondernemingen – Economische eenheid – Beoordelingscriteria – Vermoeden dat moedermaatschappij beslissende invloed uitoefent op haar 100 %-dochterondernemingen – Dochteronderneming van tussenvennootschap binnen groep die zeer diverse activiteiten uitoefent – Omstandigheid die vermoeden niet kan weerleggen (Art. 81 EG en 82 EG) (cf. punt 45)

4.                     Mededinging – Regels van de Unie – Inbreuken – Toerekening – Moedermaatschappij en dochterondernemingen – Economische eenheid – Schending van beginsel van persoonlijk karakter van straffen en sancties – Geen (Art. 81 EG en 82 EG) (cf. punt 46)

5.                     Mededinging – Regels van de Unie – Inbreuken – Toerekening – Moedermaatschappij en dochterondernemingen – Economische eenheid – Beoordelingscriteria – Vermoeden dat moedermaatschappij beslissende invloed uitoefent op haar 100 %-dochterondernemingen – Schending van beginsel van vermoeden van onschuld – Geen – Schending van evenredigheids- en gelijkheidsbeginsel – Beoordeling (Art. 81, lid 1, EG; Handvest van de grondrechten van de Europese Unie, art. 48; verordening nr. 1/2003 van de Raad, art. 2) (cf. punten 47‑49, 51‑53)

6.                     Mededinging – Regels van de Unie – Inbreuken – Toerekening – Moedermaatschappij en dochterondernemingen – Economische eenheid – Beoordelingscriteria – Vermoeden dat moedermaatschappij beslissende invloed uitoefent op haar 100 %-dochterondernemingen – Persoonlijke aansprakelijkheid van economische entiteit die inbreuk heeft gemaakt – Hoofdelijke aansprakelijkheid van vennootschappen die behoren tot diezelfde entiteit – Toelaatbaarheid (Art. 81 EG en 82 EG) (cf. punt 50)

7.                     Mededinging – Regels van de Unie – Inbreuken – Toerekening – Moedermaatschappij en dochterondernemingen – Economische eenheid – Beoordelingscriteria – Zeggenschap die moedermaatschappij uitoefent op haar dochteronderneming – Noodzaak van verband met inbreukmakend gedrag van dochteronderneming – Geen (Art. 81 EG en 82 EG) (cf. punt 67)

8.                     Mededinging – Regels van de Unie – Inbreuken – Toerekening – Moedermaatschappij en dochterondernemingen – Economische eenheid – Beoordelingscriteria – Vermoeden dat moedermaatschappij beslissende invloed uitoefent op haar 100 %-dochterondernemingen – Bijkomende elementen die door de Commissie in aanmerking worden genomen – Elementen opgelegd door nationaal recht – Geen invloed (Art. 81 EG en 82 EG) (cf. punt 70)

Voorwerp

Primair, een vordering tot nietigverklaring van beschikking C(2006) 4090 def. van de Commissie van 13 september 2006 inzake een procedure op grond van artikel 81 [EG] (Zaak nr. COMP/38.456 – Bitumen – NL) voor zover deze betrekking heeft op verzoekster en, subsidiair, een vordering tot verlaging van het bedrag van de haar bij deze beschikking opgelegde geldboete

Dictum

1)

Het beroep wordt verworpen.

2)

Heijmans NV wordt verwezen in de kosten.