Arrest van het Gerecht (Achtste kamer) van 16 januari 2014 – Ferienhäuser zum See/BHIM – Sunparks Groep (Sun Park Holidays)
(Zaak T‑383/12)
„Gemeenschapsmerk – Oppositieprocedure – Aanvraag voor gemeenschapsbeeldmerk Sun Park Holidays – Ouder gemeenschapsbeeldmerk Sunparks Holiday Parks – Relatieve weigeringsgrond – Verwarringsgevaar – Overeenstemmende tekens – Artikel 8, lid 1, sub b, van verordening (EG) nr. 207/2009”
1. Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van het gemeenschapsmerk – Relatieve weigeringsgronden – Oppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of diensten – Gevaar voor verwarring met het oudere merk – Beoordelingscriteria (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 8, lid 1, sub b) (cf. punten 23‑25, 72)
2. Gemeenschapsmerk – Definitie en verkrijging van het gemeenschapsmerk – Relatieve weigeringsgronden – Oppositie door de houder van een gelijk of overeenstemmend ouder merk dat is ingeschreven voor dezelfde of soortgelijke waren of diensten – Gevaar voor verwarring met het oudere merk – Beeldmerken Sun Park Holidays en Sunparks Holiday Parks (Verordening nr. 207/2009 van de Raad, art. 8, lid 1, sub b) (cf. punten 34, 40, 77, 78)
Voorwerp
| Beroep tegen de beslissing van de vierde kamer van beroep van het BHIM van 25 juni 2012 (zaak R 1928/2011‑4) inzake een oppositieprocedure tussen Sunparks Groep NV en Ferienhäuser zum See GmbH |
Dictum
1) | | Het beroep wordt verworpen. |
2) | | Verzoekster wordt verwezen in de kosten. |