Language of document :

Arrest van het Gerecht van 6 december 2023 – Tsjechische Republiek / Commissie

(Zaak T-48/22)1

(„ELGF en Elfpo – Uitgaven die van financiering zijn uitgesloten – Procedure voor conformiteitsgoedkeuring – Actieve landbouwer – Blijvend grasland – Controlesteekproef – Onverschuldigde betalingen – Te late indiening van de aanvraag – Financiële discipline – Motiveringsplicht – Gewettigd vertrouwen – Evenredigheid”)

Procestaal: Tsjechisch

Partijen

Verzoekende partij: Tsjechische Republiek (vertegenwoordigers: M. Smolek, J. Vláčil, O. Serdula en J. Očková, gemachtigden)

Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: J. Aquilina, A. Becker, K. Walkerová en M. J. Hradil, gemachtigden)

Voorwerp

Met haar beroep krachtens artikel 263 VWEU verzoekt de Tsjechische Republiek om gedeeltelijke nietigverklaring van uitvoeringsbesluit (EU) 2021/2020 van de Commissie van 17 november 2021 tot onttrekking aan financiering door de Europese Unie van bepaalde uitgaven die de lidstaten hebben verricht in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) (PB 2021, L 413, blz. 10), voor zover dit besluit betrekking heeft op de uitgaven, ter hoogte van een bedrag van 43 470 836,30 EUR, die zij tussen 2015 en 2017 heeft gedaan (hierna: „bestreden financiële correctie”).

Dictum

Uitvoeringsbesluit (EU) 2021/2020 van de Commissie van 17 november 2021 tot onttrekking aan financiering door de Europese Unie van bepaalde uitgaven die de lidstaten hebben verricht in het kader van het Europees Landbouwgarantiefonds (ELGF) en het Europees Landbouwfonds voor plattelandsontwikkeling (Elfpo) wordt nietig verklaard voor zover daarbij een financiële correctie is opgelegd aan de Tsjechische Republiek wegens, ten eerste, schending van de bepalingen van de Unie betreffende de selectie van de steekproef van de begunstigden van steun die moeten worden onderworpen aan een standaardcontrole, ten bedrage van 18 833,24 EUR en, ten tweede, tekortkomingen in de controle waarmee moet worden nagegaan of een areaal dat voor een bepaald jaar niet subsidiabel was ook in de voorgaande jaren niet subsidiabel was, en die aanleiding moesten geven tot de inleiding van een procedure voor de terugvordering van de onverschuldigde betalingen in het kader van de regeling inzake een enkele areaalbetaling, ten bedrage van 17 855 884,41 EUR.

Het beroep wordt verworpen voor het overige.

De Tsjechische Republiek en de Europese Commissie dragen ieder hun eigen kosten.

____________

1     PB C 128 van 21.3.2022.