Language of document :

Arrest van het Gerecht van 10 april 2014 – Evropaïki Dynamiki / Commissie

(Zaak T-340/09)1

(„Overheidsopdrachten voor dienstverlening – Openbare aanbestedingsprocedure van Publicatiebureau – Assistentie bij leveren van publicatie- en communicatiediensten in verband met CORDIS internetsite – Afwijzing van offertes van inschrijver en gunning van opdrachten aan andere inschrijvers – Klassering van offerte van inschrijver – Motiveringsplicht – Artikel 148, leden 1 en 3, van uitvoeringsvoorschriften – Kennelijke beoordelingsfout – Niet-contractuele aansprakelijkheid”)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Evropaïki Dynamiki – Proigmena Systimata Tilepikoinonion Pliroforikis kai Tilematikis AE (Athene, Griekenland) (vertegenwoordigers: N. Korogiannakis en M. Dermitzakis, advocaten)

Verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: aanvankelijk S. Delaude en N. Bambara, vervolgens S. Delaude, gemachtigden, bijgestaan door C. Erkelens, advocaat)

Voorwerp

Vordering tot nietigverklaring van het bij brief van 9 juni 2009 aan verzoekster meegedeelde besluit van het Bureau voor officiële publicaties der Europese Gemeenschappen om de offertes die verzoekster had ingediend in het kader van openbare aanbesteding nr. 10017 (CORDIS) perceel B „Editorial and Publishing Services” respectievelijk perceel C „Provision of New Digital Information Services” af te wijzen, en de door haar in het kader van dezelfde aanbesteding ingediende offerte voor perceel E „Development and Maintenance of Core Services” te kiezen als derde contractant, en voorts vordering tot schadevergoeding

Dictum

Het beroep wordt verworpen.

Evropaïki Dynamiki – Proigmena Systimata Tilepikoinonion Pliroforikis kai Tilematikis AE zal 90 % van haar eigen kosten en 90 % van de kosten van de Europese Commissie dragen, en de Europese Commissie zal 10 % van haar eigen kosten en 10 % van de kosten van Evropaïki Dynamiki – Proigmena Systimata Tilepikoinonion Pliroforikis kai Tilematikis dragen.

____________

____________

1     PB C 267 van 7.11.2009.