Beschikking van het Gerecht van 25 maart 2011 - Noko Ngele/Commissie e.a.
("Niet-contractuele aansprakelijkheid - Deels bij onbevoegde rechter aangebracht beroep - Deels niet-ontvankelijk beroep - Ontbreken van causaal verband - Deels kennelijk rechtens ongegrond beroep - Artikelen 111 en 114 van Reglement voor de procesvoering van het Gerecht")
Procestaal: Frans
Partijen
Verzoekende partij: Mariyus Noko Ngele (Brussel, België) (vertegenwoordiger: F. Sabakunzi, advocaat)
Verwerende partijen: Europese Commissie (vertegenwoordiger: A. Bordes, gemachtigde), AT (Brussel, België), AU (Brussel), AV (Brussel); en AW (Brussel)
Voorwerp
Beroep tot vergoeding van de materiële schade die verzoeker stelt te hebben geleden wegens de onmogelijkheid om een schuld in te vorderen en tot vergoeding van de immateriële schade die verzoeker stelt te hebben geleden wegens de instelling van strafprocedures tegen hem in België.
Dictum
Het beroep wordt verworpen op de grond dat het is aangebracht bij een rechter die niet bevoegd is om ervan kennis te nemen, voor zover het is gericht tegen AT, AU, AV en AW.
De vordering van de heer Mariyus Noko Ngele, ertoe strekkende dat het Gerecht voor recht verklaart dat het Centre pour le développement des entreprises (CDE) nooit in de plaats is getreden van het Centre pour le développement industriel (CDI) en dat het CDE juridisch niet bestaan en geen rechtpersoonlijkheid in België heeft, wordt afgewezen op de grond dat het is ingesteld bij een rechter die niet bevoegd is om ervan kennis te nemen.
Het verzoek van Noko Ngele ertoe strekkende dat het Gerecht de uitvoering gelast van het onderhavige arrest, wordt niet-ontvankelijk verklaard.
Het beroep wordt kennelijk rechtens ongegrond verklaard voor het overige.
Noko Ngele wordt verwezen in de kosten van deze procedure en in die van de procedures in kort geding.
____________1 - PB C 161 van 19.6.2010.