Language of document :

Beroep ingesteld op 27 februari 2008 - CPEM / Commissie

(Zaak T-106/08)

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Centre de promotion de l'emploi par la micro-entreprise (CPEM) (Marseille, Frankrijk) (vertegenwoordiger: C. Bonnefoi, advocaat)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

nietigverklaring van de debetnota;

vaststelling van een recht op schadevergoeding wegens openbare aantasting van het imago van een organisatie die een opdracht van algemeen belang vervult (geraamd op 100 000 EUR);

terugbetaling van de advocatenkosten en de kosten van rechtsbijstand, waarvoor bewijsstukken kunnen worden overgelegd.

Middelen en voornaamste argumenten

Met het onderhavige beroep vordert verzoekster nietigverklaring van de beschikking van de Commissie die is vervat in debetnota nr. 3240912189 van 17 december 2007, betreffende beschikking C(2007) 4645 van de Commissie van 4 oktober 2007 houdende intrekking, naar aanleiding van het rapport van OLAF, van de algemene subsidie die door het Europees Sociaal Fonds is verleend voor een door verzoekster uitgevoerd proefproject1, waarvan verzoekster nietigverklaring heeft verzocht in het kader van zaak T-444/07, CPME/Commissie.2

Ter onderbouwing van haar beroep betoogt verzoekster primair dat de Commissie blijk heeft gegeven van een onjuiste opvatting van het recht en de grenzen van haar bevoegdheid heeft overschreden, aangezien de bestreden debetnota niet tot de daadwerkelijke schuldenaar is gericht. Met een beroep op schending van artikel 135 van Financieel Reglement nr. 1605/20023, stelt verzoekster dat de debetnota gericht had moeten zijn tot het orgaan dat een rol van financieel verantwoordelijke heeft gespeeld in het kader van het betrokken project, dat de subsidies van het Europees Sociaal Fonds daadwerkelijk heeft ontvangen.

Bovendien betoogt verzoekster dat de omstandigheid dat de debetnota tot haar is gericht, gelet op de opdracht van algemeen belang die zij vervult, haar imago en haar geloofwaardigheid aantast ten aanzien van haar financiële partners.

____________

1 - Beschikking C(2007) 2645 van de Commissie van 17 augustus 1999, zoals gewijzigd bij beschikking C(2001) 2144 van 18 september 2001.

2 - PB 2008, C 37, blz. 29.

3 - Verordening (EG, Euratom) nr. 1605/2002 van de Raad van 25 juni 2002 houdende het Financieel Reglement van toepassing op de algemene begroting van de Europese Gemeenschappen (PB L 248, blz. 1)