Beschikking van het Gerecht (Tweede kamer) van 30 juni 2009 – CPEM / Commissie
(Zaak T‑106/08)
„Beroep tot nietigverklaring – Debetnota – Handeling waartegen geen beroep kan worden ingesteld – Bevestigende handeling – Niet-ontvankelijkheid – Beroep tot schadevergoeding - Kennelijk ongegrond beroep”
1. Beroep tot nietigverklaring – Handelingen waartegen beroep kan worden ingesteld – Begrip (Art. 230 EG) (cf. punten 25, 29)
2. Niet-contractuele aansprakelijkheid – Voorwaarden (Art. 235 EG en 288, tweede alinea, EG) (cf. punten 40‑41)
Voorwerp
| Verzoek tot nietigverklaring van debetnota nr. 3240912189 van 17 december 2007 met betrekking tot beschikking C(2007) 4645 van de Commissie van 4 oktober 2007, waarbij bijstand van het Europees Sociaal Fonds (ESF) die bij beschikking C(1999) 2645 van 17 augustus 1999 was verleend, is ingetrokken |
Dictum
1) | | Het verzoek tot nietigverklaring wordt niet-ontvankelijk verklaard. |
2) | | Het verzoek tot schadevergoeding wordt kennelijk ongegrond verklaard. |
3) | | Het Centre de promotion de l’emploi par la micro-entreprise (CPEM) zal de kosten dragen, daaronder begrepen de kosten van de procedure in kort geding. |