Language of document :

Arrest van het Gerecht van 25 april 2012 - Manufacturing Support & Procurement Kala Naft / Raad

(Zaak T-509/10)

("Gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid - Beperkende maatregelen ten aanzien van de Islamitische Republiek Iran ter voorkoming van nucleaire proliferatie - Bevriezing van tegoeden - Beroep tot nietigverklaring - Ontvankelijkheid - Bevoegdheid van Raad - Misbruik van bevoegdheid - Inwerkingtreding - Verbod van terugwerkende kracht - Motiveringsplicht - Rechten van verdediging - Recht op effectieve rechterlijke bescherming - Onjuiste rechtsopvatting - Begrip steunverlening aan nucleaire proliferatie - Beoordelingsfout")

Procestaal: Frans

Partijen

Verzoekende partij: Manufacturing Support & Procurement Kala Naft Co., Tehran (Teheran, Iran) (vertegenwoordigers: F. Esclatine en S. Perrotet, avocats)

Verwerende partij: Raad van de Europese Unie (vertegenwoordigers: M. Bishop en R. Liudvinaviciute-Cordeiro, gemachtigden)

Interveniënte aan de zijde van verwerende partij: Europese Commissie (vertegenwoordigers: M. Konstantinidis en É. Cujo, gemachtigden)

Voorwerp

Verzoek tot nietigverklaring van besluit 2010/413/GBVB van de Raad van 26 juli 2010 betreffende beperkende maatregelen tegen Iran en tot intrekking van gemeenschappelijk standpunt 2007/140/GBVB (PB L 195, blz. 39), van uitvoeringsverordening (EU) nr. 668/2010 van de Raad van 26 juli 2010 houdende uitvoering van artikel 7, lid 2, van verordening (EG) nr. 423/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran (PB L 195, blz. 25), alsook van besluit 2010/644/GBVB van de Raad van 25 oktober 2010 tot wijziging van besluit 2010/413 (PB L 281, blz. 1), en van verordening (EU) nr. 961/2010 van de Raad van 25 oktober 2010 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran en tot intrekking van verordening (EG) nr. 423/2007 (PB L 281, blz. 1), voor zover deze handelingen op verzoekster betrekking hebben

Dictum

Het Gerecht is niet bevoegd om over het tweede onderdeel van het eerste middel uitspraak te doen.

Worden nietig verklaard voor zover zij betrekking hebben op Manufacturing Support & Procurement Kala Naft Co., Tehran:

-    besluit 2010/413/GBVB van de Raad van 26 juli 2010 betreffende beperkende maatregelen tegen Iran en tot intrekking van gemeenschappelijk standpunt 2007/140/GBVB;

-    uitvoeringsverordening (EU) nr. 668/2010 van de Raad van 26 juli 2010 houdende uitvoering van artikel 7, lid 2, van verordening (EG) nr. 423/2007 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran;

-    besluit 2010/644/GBVB van de Raad van 25 oktober 2010 tot wijziging van besluit 2010/413;

-    verordening (EU) nr. 961/2010 van de Raad van 25 oktober 2010 betreffende beperkende maatregelen ten aanzien van Iran en tot intrekking van verordening nr. 423/2007.

De werking van besluit 2010/413, zoals gewijzigd bij besluit 2010/644, wordt voor zover dit betrekking heeft op Manufacturing Support & Procurement Kala Naft Co., Tehran, gehandhaafd vanaf de inwerkingtreding ervan, zijnde op de twintigste dag volgende op de bekendmaking ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie, totdat de nietigverklaring van verordening nr. 961/2010 effect sorteert.

De Raad van de Europese Unie zal, naast zijn eigen kosten, die van Manufacturing Support & Procurement Kala Naft Co., Tehran dragen.

De Europese Commissie zal haar eigen kosten dragen.

____________

1 - PB C 346 van 18.12.2010.