Language of document :

Beroep ingesteld op 27 februari 2006 - Bayer CropScience e.a. tegen Commissie

(Zaak T-75/06)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoeksters: Bayer CropScience AG (Monheim am Rhein, Duitsland), Makhteshim-Agan Holding BV (Amsterdam, Nederland), Teko AE (Athene, Griekenland) en Aragonesas Agro SA (Madrid, Spanje) (vertegenwoordigers: C. Mereu en K. Van Maldegem, advocaten)

Verweerster: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies van verzoeksters

nietig te verklaren beschikking 2005/864/EG1 van de Commissie van 2 december 2005 betreffende de niet-opneming van endosulfan in bijlage I bij richtlijn 91/414/EEG van de Raad en de intrekking van de toelating voor gewasbeschermingsmiddelen die deze werkzame stof bevatten, en

verweerster te verwijzen in de kosten van de procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Richtlijn 91/4142 van de Raad betreffende het op de markt brengen van gewasbeschermingsmiddelen (bekend als de "gewasbeschermingsmiddelenrichtlijn") bepaalt dat de lidstaten gewasbeschermingsmiddelen slechts toelaten wanneer ze in bijlage I bij de richtlijn zijn opgenomen. Verzoeksters, die endosulfan produceren, verzoeken om nietigverklaring van de bestreden beschikking, waarbij is geweigerd, endosulfan in deze bijlage op te nemen.

Ter ondersteuning van hun beroep voeren zij in de eerste plaats een aantal procedurele gebreken aan. De beoordeling in de bestreden beschikking verricht aan de hand van andere criteria dan die van richtlijn 91/414, is onvolledig en maakt slechts op selectieve wijze gebruik van de door verzoeksters aangevoerde gegevens. Bovendien zijn de nieuwe richtsnoeren en criteria van de Commissie met terugwerkende kracht toegepast nadat verzoeksters kennisgeving hadden gekregen en gegevens hadden aangedragen. Voorts heeft de Commissie geweigerd, verzoeksters te raadplegen en met hen te overleggen over een wijziging van de evaluatiecriteria en het evaluatiebeleid.

Verzoeksters stellen in de tweede plaats dat de bestreden beschikking een materieelrechtelijke schending van artikel 95, lid 3, EG en van artikel 5, lid 1, van richtlijn 91/414 oplevert. Volgens hen heeft de Commissie niet voldaan aan de krachtens deze bepalingen op haar rustende verplichting om werkzame stoffen tegen de achtergrond van de stand van de wetenschappelijke en technische kennis te beoordelen en in bijlage I op te nemen zodra ze aan de voorwaarden van artikel 5 voldoen.

In de derde plaats stellen zij schending van een aantal algemene beginselen van het gemeenschapsrecht, namelijk het evenredigheidsbeginsel, het vertrouwensbeginsel en het rechtszekerheidsbeginsel, de verplichting tot zorgvuldige en onpartijdige beoordeling, het recht op een eerlijk proces (rechten van de verdediging en recht om te worden gehoord), het beginsel van deskundigheid en onafhankelijkheid van wetenschappelijke adviezen, het gelijkheidsbeginsel, het beginsel Lex specialis derogat legi generali en ten slotte het estoppel-beginsel.

____________

1 - PB L 317 van 31.12.2005, blz. 25.

2 - PB L 230 van 19.8.1991, blz. 1.