Language of document :

Beroep ingesteld op 7 oktober 2013 – Dyson/Commissie

(Zaak T-544/13)

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Dyson Ltd (Malmesbury, Verenigd Koninkrijk) (vertegenwoordigers: E. Batchelor, solicitor, en F. Carlin, barrister)

Verwerende partij: Europese Commissie

Conclusies

gedelegeerde verordening (EU) nr. 665/2013 van de Commissie van 3 mei 2013 houdende aanvulling van richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad met betrekking tot de energie-etikettering van stofzuigers (PB L 192, blz. 1) in haar geheel vernietigen, of in elk geval de bepalingen ervan inzake reinigingsprestatie en energie-efficiëntie; en

verweerster verwijzen in haar eigen kosten en in verzoeksters kosten voor deze procedure.

Middelen en voornaamste argumenten

Ter ondersteuning van het beroep voert verzoekster aan dat de bestreden verordening onrechtmatig is, waarbij zij zich beroept op drie middelen.

Eerste middel: de Commissie heeft haar bevoegdheid krachtens artikel 10, lid 1, van de machtigingswetgeving, richtlijn 2010/30/EU1 , overschreden bij de vaststelling van deze gedelegeerde handeling, aangezien:

– artikel 10, lid 1, vereist dat de gedelegeerde handeling van de Commissie consumenten in de EU correct informeert over het energieverbruik tijdens het gebruik. De bestreden verordening misleidt consumenten over de energie-efficiëntie van de stofzuiger omdat de reinigingsprestatie enkel wordt getest wanneer de stofcontainer van de stofzuiger leeg is en dus niet „tijdens het gebruik”;

– artikel 10, lid 1, vereist dat de gedelegeerde handeling van de Commissie consumenten in de EU correct informeert over essentiële hulpbronnen die een apparaat tijdens het gebruik verbruikt, namelijk de verbruiksartikelen stofzakken en filters. De gedelegeerde handeling geeft de consumenten geen dergelijke informatie.

Tweede middel: de Commissie is haar motiveringsplicht krachtens artikel 296 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie („VWEU”) niet nagekomen omdat de bestreden verordening niet uitlegt waarom er onvoldoende „technologische vooruitgang” is om het energieverbruik/de reinigingsprestatie van een met stof gevulde stofzuiger te kunnen testen. Daarin is evenmin uiteengezet waarom de Commissie pas binnen vijf jaar het vullen met stof in overweging zal nemen.

Derde middel: de Commissie heeft het fundamentele beginsel van gelijke behandeling geschonden door een bestreden verordening vast te stellen die stofzuigers met zak bevoordeelt, in het nadeel van stofzuigers zonder zak en/of stofzuigers op basis van cycloontechnologie. Het verlies van zuigkracht door verstopping – een kenmerk voornamelijk van stofzuigers met zak – kan niet worden ontdekt wanneer wordt getest in zuivere toestand. De relatieve verdiensten van stofzuigers zonder zak en stofzuigers met cycloontechnologie kunnen niet meteen worden vastgesteld door de consument.

____________

1 Richtlijn 2010/30/EU van het Europees Parlement en de Raad van 19 mei 2010 betreffende de vermelding van het energieverbruik en het verbruik van andere hulpbronnen op de etikettering en in de standaardproductinformatie van energiegerelateerde producten (PB L 153, blz. 1).