Language of document :

Beschikking van de president van het Gerecht van eerste aanleg van 18 maart 2008 - Aer Lingus Group / Commissie

(Zaak T-411/07 R)

("Kort geding - Controle van concentraties - Beschikking waarbij concentratie onverenigbaar met gemeenschappelijke markt wordt verklaard - Artikel 8, leden 4 en 5, van verordening (EG) nr. 139/2004 - Verzoek om opschorting van tenuitvoerlegging en om voorlopige maatregelen - Maatregel die strijdig is met bevoegdheidsverdeling tussen instellingen - Bevoegdheid van Commissie - Voorlopige maatregelen gericht tot interveniërende partij - Verzoek om opschorting van tenuitvoerlegging - Ontvankelijkheid - Geen fumus boni juris - Gebrek aan spoedeisendheid - Ontbreken van ernstige en onherstelbare schade - Schade afhankelijk van toekomstige en onzekere gebeurtenissen - Onvoldoende redenen - Afweging van alle belangen")

Procestaal: Engels

Partijen

Verzoekende partij: Aer Lingus Group plc (Dublin, Ierland) (vertegenwoordigers: A. Burnside, solicitor, B. van de Walle de Ghelcke en T. Snels, advocaten)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen (vertegenwoordigers: X. Lewis, É. Gippini Fournier en S. Noë, gemachtigden)

Interveniënte aan de zijde van verwerende partij: Ryanair Holdings plc (Dublin, Ierland) (vertegenwoordigers: J. Swift, QC, V. Power, A. McCarthy en D. Hull, solicitors, G. Berrisch, advocaat)

Voorwerp

Verzoek om voorlopige maatregelen strekkende tot, in de eerste plaats, een beschikking waarbij de Commissie wordt gelast bepaalde maatregelen te nemen met betrekking de deelneming van Ryanair Holdings plc in het kapitaal van verzoekster, in de tweede plaats en subsidiair, een soortgelijke beschikking gericht tot de Commissie of Ryanair Holdings plc, en, in de derde plaats, opschorting van de tenuitvoerlegging van beschikking C(2007) 4600 van de Commissie van 11 oktober 2007 tot afwijzing van verzoeksters verzoek om inleiding van de procedure van artikel 8, lid 4, van verordening (EG) nr. 139/2004 van de Raad van 20 januari 2004 betreffende de controle op concentraties van ondernemingen (PB L 24, blz. 1), en vaststelling van voorlopige maatregelen krachtens artikel 8, lid 5, van die verordening

Dictum

Het verzoek in kort geding wordt afgewezen.

De beslissing omtrent de kosten wordt aangehouden.

____________