Language of document :

Beroep ingesteld op 23 juni 2009 - Sniace / Commissie

(Zaak T-238/09)

Procestaal: Spaans

Partijen

Verzoekende partij: Sniace, SA (Madrid, Spanje) (vertegenwoordiger: F. J. Moncholí Fernández, advocaat)

Verwerende partij: Commissie van de Europese Gemeenschappen

Conclusies

overeenkomstig artikel 230 EG kennis nemen van het onderhavige beroep en dit gegrond verklaren;

artikel 1 van de beschikking van 10 maart 2009 in de tweede alinea ervan nietig verklaren, waarbij de volgende staatssteun die Spanje aan Sniace heeft toegekend, onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt is verklaard: i) de schuldherschikkingsovereenkomst die op 8 maart 1996 werd gesloten tussen Sniace en Tesorería General de la Seguridad Social; ii) de uitvoering van de overeenkomst die op 5 november 1993 werd gesloten tussen Sniace en FOGASA, en iii) de overeenkomst die op 31 oktober 1995 werd gesloten tussen Sniace en FOGASA;

de artikelen 2 en 3 van de beschikking van 10 maart 2009 in de tweede alinea ervan nietig verklaren, waarbij Spanje de verplichting wordt opgelegd:

i)    van de begunstigde de ontvangen steun vermeerderd met de overeenkomstige rente onmiddellijk en daadwerkelijk terug te vorderen, en

ii)    de Commissie binnen de twee maanden op de hoogte te stellen van het totale bedrag en de maatregelen die zijn getroffen of gepland om de beschikking na te leven, en documenten over te leggen waaruit blijkt dat de begunstigde is gelast, de steun terug te betalen.

de Commissie van de Europese Gemeenschappen verwijzen in alle kosten die verzoekster in deze procedure opkomen.

Middelen en voornaamste argumenten

De beschikking waartegen in het onderhavige beroep wordt opgekomen, is beschikking C(2009) 1479 def. van de Commissie van 10 maart 2009 inzake steunmaatregel nr. C5/2000 (ex NN 118/1997) van Spanje ten behoeve van verzoekster (SNIACE), waarbij beschikking 1999/395/EG van 28 oktober 1998 wordt gewijzigd. Volgens die beschikking is de steun die Fondo de Garantía Salarial (FOGASA) en Tesorería General de la Seguridad Social (TGSS) heeft verleend aan SNIACE, onrechtmatig en onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt doordat de terugbetalingsovereenkomsten tussen deze laatste en FOGASA en de herschikkingsovereenkomst tussen SNIACE en TGSS niet werden gesloten onder normale marktvoorwaarden wat het type van toepasselijke rente betreft.1

Bij de bestreden beschikking werden de in de tweede alinea van de conclusies vermelde steunmaatregelen onverenigbaar met de gemeenschappelijke markt verklaard.

Tot staving van haar beroep voert verzoekster in de eerste plaats aan dat de Commissie de toepasselijke bepalingen onjuist heeft uitgelegd door bij de analyse van de betrokken overeenkomsten te concluderen dat noch FOGASA noch TGSS op dezelfde manier heeft gehandeld als een particuliere schuldeiser zou hebben gedaan. Verzoekster stelt in dit verband dat verweerster haar standpunt baseert op een vergelijking van de positie van de particuliere schuldeiser BANESTO met die van FOGASA, waarbij zij overgaat tot een veralgemening die erin bestaat de handelwijze van BANESTO op ongerechtvaardigde wijze te extrapoleren naar die van elke particuliere schuldeiser.

In elk geval stelt verzoekster dat zij zich in haar hoedanigheid van publiek schuldeiser op bijna dezelfde wijze heeft gedragen als BANESTO.

SNIACE voert ook schending van de motiveringsplicht aan. Zij wijst in het bijzonder op het feit dat de Commissie geenszins een motivering heeft verstrekt voor de "dreigende vervalsing van de mededinging", die beslissend is voor de kwalificatie van steunmaatregelen als staatssteun.

____________

1 - Zie de arresten in de zaken C-342/96 (Spanje/Commissie, Jurispr. 1999 blz. I-2459), C-525/04 (Spanje/Commissie, Jurispr. 2007 blz. I-9947) en T-36/99 (Lentzig AG/Commissie, Jurispr. 2004 blz. II-3597).